Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Uitkomsten van alloHSCT met HLA-gematchte of alternatieve donoren


Prof. Arnon NaglerDe introductie van donoren anders dan HLA-gematchte siblings heeft geleid tot aanzienlijke veranderingen in het management van patiënten die hematopoïetische stamceltransplantatie (HSCT) krijgen voor hematologische maligniteiten. Een retrospectieve analyse in het register van de European Society for Blood and Marrow Transplantation heeft uitkomsten vergeleken van alloHSCT met verschillende groepen donoren. Prof. Arnon Nagler (Sheba Medical Center, Tel-Hashomer, Israël) en collega’s publiceren de analyse online in The Lancet Haematology.1

De analyse includeerde 106.188 volwassen patiënten die een eerste alloHSCT voor een hematologische maligniteit ondergingen tussen begin 2001 en eind 2015. De verschillende donortypen waren matched sibling, matched unrelated, mismatched unrelated, haploidentical, en cord blood donoren. De niet-verwante niet-cord blood donoren en de ontvangers werden op allelniveau getypeerd voor HLA-A, HLA-B, HLA-C, en HLA-DRB1. De onderzoekers vergeleken uitkomsten in drie perioden (periode 1: 2001 tot en met 2005; periode 2: 2006 tot en met 2010; en periode 3: 2011 tot en met 2015).

De mediane follow-up was 4,1 jaar. De drie-jaars overall survival nam met alle typen donoren toe tussen perdiode 2 en periode 3: matched sibling van 54,0% tot 54,6%; matched unrelated van 49,1% tot 51,6%; mismatched unrelated van 37,4% naar 41,3%; haploidentical van 34,5%; en cord blood van 36,3% naar 43,7%. De verbetering van de OS werd gedreven door verlaging van de non-relapse mortaliteit, met uitzondering van cord blood HSCT-ontvangers, die lagere incidentie hadden. Vergelijking over verschillende risicostrata liet zien dat OS van ontvangers van matched sibling transplantatie beter bleef dan die van andere groepen, met uitzondering van ontvangers met hoog-risico ziekte, voor wie er geen verschil was tussen OS na transplantatie met matched sibling donor versus transplantatie met matched unrelated donor.

De onderzoekers concluderen dat de OS na alloHSCT tussen 2001 en 2016 toenam, met substantiële verbetering in de groepen met haploidentical en cord blood donoren. Desondanks bleef de OS het best na transplantatie met matched sibling donoren, gevolgd door matched unrelated, en daarna andere donoren.

1.Shouval R, Fein JA, Labopin M et al. Outcomes of allogeneic haematopoietic stem cell transplantation from HLA-matched and alternative donors: a European Society for Blood and Marrow Transplantation registry retrospective analysis. Lancet Haematol 2019; epub ahead of print

Summary: A retrospective analysis of the European Society for Blood and Marrow Transplantation registry found that overall survival following allogeneic stem cell transplantation is improving, with substantial progress among recipients of haploidentical and cord blood HSCT. Nonetheless, the traditional donor hierarchy of matched sibling donors followed by matched unrelated donors and then other donors holds.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren