De vigerende
ASCO-richtlijn voor systemische therapie voor stadium IV NSCLC stamt uit 2015.
Op basis van veertien gerandomiseerde gecontroleerde studies die zijn
gepubliceerd tussen februari 2014 en december 2016 heeft het ASCO NSCLC Expert Panel een update van
de richtlijn opgesteld. Dr.
Nasser Hanna (Indiana University, Indianapolis) en collega’s publiceren de update online in het Journal of Clinical
Oncology.1
Wat betreft
eerstelijns therapie voor patiënten met EGFR
mutatie-negatieve, ALK rearrangement-negatieve,
en ROS1 rearragement-negatieve
tumoren beveelt de richtlijn pembrolizumab monotherapie aan in geval van hoge expressie
van PD-L1. In geval van lage expressie van PD-L1 wordt standaard-chemotherapie
aanbevolen. Voor patiënten met EGFR
mutatie-positieve of ALK
rearrangement-positieve of ROS1
rearrangement-positieve tumoren blijven de aanbevelingen uit de 2015-richtlijn
van kracht.
Wat betreft
tweedelijns therapie beveelt de richtlijn nivolumab monotherapie, pembrolizumab
monotherapie, of atezolizumab monotherapie aan (bij geen eerdere
immunotherapie) voor patiënten met hoge expressie van PD-L1 in de tumoren; bij
lage of onbekende expressie van PD-L1 wordt nivolumab, atezolizumab, of
chemotherapie aanbevolen. Voor patiënten die in eerste lijn
immuuncheckpointremmers hebben gekregen wordt tweedelijns
standaard-chemotherapie aanbevolen, tenzij de tumoren T790 M-mutaties hebben,
in welk geval osimertinib een rationele optie is, of tenzij er sprake is van ROS1-rearrangement zonder eerdere
crizotinib-behandeling, in welk geval crizotinib kan worden gebruikt.
Er is niet
voldoende evidentie voor een aanbeveling voor of tegen immunotherapie in derde
lijn.
1. Hanna N, Johnson D, Temin S et al. Systemic
therapy for stage IV non-small-cell lung cancer: American Society of Clinical
Oncology clinical practice guideline update. J Clin Oncol 2017; epub ahead of
print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)