De
overlevingspercentages na pancreatectomie in oudere patiënten met
pancreasadenocarcinoom zijn slecht. Oudere vergeleken met jongere patiënten
hebben hogere perioperatieve mortaliteit en morbiditeit, en hebben na
pancreatectomie ook vaker doorlopende inpatient care nodig. Dr. Todd Tuttle
(University of Minnesota, Minneapolis) en collega’s hebben een studie
uitgevoerd van overleving van oudere patiënten met potentieel resectabel
pancreasadenocarcinoom na pancreatectomie versus chemotherapie, met of zonder
radiotherapie. De studie is beperkt tot patiënten met stadium I of II ziekte en
Charlson Comorbidity Index 2 of lager. De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in Cancer.1
In de
SEER-Medicare database vonden de onderzoekers gegevens van 2629 patiënten die
tussen 2000 en 2011 behandeld werden met hetzij pancreatectomie hetzij
chemotherapie. Jongere leeftijd en geringere tumorgrootte waren significant
geassocieerd met pancreatectomie. Voor het gehele cohort was de mediane overleving 15 maanden na chirurgie versus 10
maanden na chemotherapie (panel A). Combinatie van chemotherapie en chirurgie
leidde niet tot betere mediane overleving dan alleen chemotherapie (panel B). Het
absolute overlevingsprofijt van chirurgie nam af naarmate patiënten ouder
waren. Het verschil in overleving tussen chirurgie en chemotherapie was zeer
klein voor patiënten van tachtig jaar en ouder, en voor patiënten met
lymfekliermetastasen (panel C).
De
onderzoekers concluderen dat chirurgie vergeleken met chemotherapie voor oudere
patiënten met pancreasadenocarcinoom geassocieerd is met betere overleving,
hoewel chemotherapie kan worden beschouwd als ‘legitiem therapeutisch
alternatief’.
1.Marmor
S, Burke E, Virnig BA et al. A
comparative analysis of survival outcomes between pancreatectomy and
chemotherapy for elderly patients with adenomcarcinoma of the pancreas. Cancer
2016; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)