Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Vermoeidheid, slapeloosheid en opvliegers na chemoradiotherapie plus MRI-geleide brachytherapie voor cervixcarcinoom

(0)2017-05-05 13:46   ( Nieuws )

Tags

EMBRACE-studie  

Dr. Kathrin KirchheinerVorderingen in de behandelingen voor lokaal-gevorderd cervixcarcinoom (LACC) leiden tot een toenemend aantal vrouwen dat overleeft maar ook tot een toename van het aantal patiënten met late bijwerkingen van de behandelingen. Onderzoek van deze morbiditeiten is voornamelijk gericht geweest op symptomen die gerelateerd zijn aan risico-organen, zoals blaas, darm, rectum en vagina. In verscheidene patiënt-gerapporteerde uitkomststudies zijn ook niet-LACC specifeke symptomen gezien, zoals vermoeidheid, slapeloosheid en opvliegers. Dr. Kathrin Kirchheiner (Medische Universiteit Wenen) en collega’s presenteren vandaag op het ESTRO36 congres in Wenen het optreden van deze bijwerkingen in de EMBRACE-studie, een prospectieve studie van MRI-geleide brachytherapie voor LACC.1


De nu gepresenteerde analyse heeft betrekking op 1176 patiënten die tussen begin 2008 en eind 2015 bij tweeëntwintig centra in Europese landen behandeld werden met EBRT met of zonder chemotherapie en MRI-geleide brachytherapie. De gemiddelde leeftijd van de patiënten was 49 jaar (range 22 tot 91 jaar). De klachten werden volgens CTCAE versie 3 geïnventariseerd bij aanvang van de behandeling, iedere drie maanden tijdens het eerste jaar, iedere zes maanden tijdens het tweede en derde jaar, en vervolgens jaarlijks. De mediane follow-up voor de analyse was 27 maanden. Graad 4 vermoeidheid werd gezien in twee patiënten, graad 3 morbiditeiten waren eveneens zeldzaam (minder dan 4%). Graad 2 en 1 morbiditeit werd gezien in 15% respectievelijk 33% (opvliegers), 11% respectievelijk 29% (slapeloosheid) en 20% respectievelijk 40% (vermoeidheid). Vermoeidheid en slapeloosheid waren reeds bij aanvang van de behandeling prevalent en bleven vervolgens stabiel. Opvliegers namen tussen aanvang en het eerste follow-up bezoek toe en bleven vervolgens stabiel.

De onderzoekers concluderen dat vermoeidheid, slapeloosheid, en opvliegers prevalent zijn na definitieve behandeling voor LACC, vooral in de range matig tot mild, en niet minder worden in de loop van de tijd. Er is behoefte aan onderzoek naar risicofactoren en interventies.

1.Smet S et al. ESTRO36, abstr. 0910

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren