De studie includeerde 363 patiënten die SBRT kregen voor ES-NSCLC (tezamen 406 lesies). De mediane follow-up was 5,8 jaar. Tijdens de follow-up werd nodaal en/of afstandsfalen gezien voor 111 lesies (27,3%). Factoren die significant geassocieerd waren met falen van de behandeling waren gross tumor volume (GTV; HR 1,02 per ml; p<0,001) en SBRT-dosering (HR 0,99 per Gy; p<0,05). Histologie, T-stadium, centraliteit, longparenchym-falen, en eerdere NSCLC waren niet geassocieerd met ontwikkeling van metastasen. De onderzoekers construeerden een metastaserisico-scoremodel (0,01611 x GTV) – (0,00525 x dosering [BED10]). Twee afsnijpunten in deze risicoscore verdeelden het cohort in drie risicogroepen, met drie-jaars metastasevrije overleving van 81,1% in de laag-risicogroep; 63,8% in de intermediair-risicogroep; en 38% in de hoog-risicogroep.
De onderzoekers concluderen dat GTV en SBRT-dosering geassocieerd waren met tijd tot metastase.
1.Cerra-Franco A, Liu S, Azar M et al. Predictors of nodal and metastatic failure in early stage non-small cell lung cancer after stereotactic body radiation therapy. Clin Lung Cancer 2018; epub ahead of print
Summary: A study at the Simon Cancer Center of Indiana University found that in patients receiving SBRT for early-stage NSCLC gross tumor volume and radiation dose were associated with time to metastasis.