
Deelnemers aan de studie waren 530 DLCBL-patiënten in British Columbia, Aalborg, en Kopenhagen, die retrospectief werden geïdentificeerd. De patiënten hadden zowel PET/CT-stadiëring als BMB ondergaan. Met PET/CT waren in 146 patiënten (28%) focale beenmerglaesies gezien, en 87 patiënten (16%) hadden positieve BMB. Van de 146 patiënten met positieve PET/CT hadden er 52 (36%) positieve BMB (39 DLBCL; 13 indolent non-Hodgkin lymfoom), terwijl 35 van 384 patiënten (9%) met negatieve PET/CT positieve BMB hadden (12 DLBCL, 23 iNHL). Upstaging van stadium I/II naar IV door BMB vond plaats voor 12 van 209 patiënten (6%).
PET/CT identificeerde beenmergbetrokkenheid volgens BMB met 60% sensitiviteit, 70% specificiteit, 36% positieve voorspellende waarde, en 91% negatieve voorspellende waarde. Concordante beenmergbetrokkenheid volgens beide bepalingen was geassocieerd met slechtere overall survival en progressievrije overleving dan discordante of geen betrokkenheid.
De onderzoekers concluderen dat BMB in de meerderheid van de DLBCL-patiënten geen relevante diagnostische of prognostische waarde toevoegt aan alleen PET/CT.
1.Alzahrani M, El-Galaly TC, Hutchings M et al. The value of routine bone marrow biopsy in patients with diffuse large B-cell lymphoma staged with PET/CT: A Danish-Canadian study. Ann Oncol 2016; epub ahead of print