Wekedelensarcoom
(STS) maakt ongeveer 1% uit van alle maligniteiten die worden gediagnostiseerd
in volwassenen en 8% van de maligniteiten die worden gediagnostiseerd in
adolescenten en jongvolwassenen (AYAs, leeftijd achttien tot veertig jaar). Een
analyse van gegevens in het centrale register van de Scandinavische Sarcoomgroep
heeft kenmerken en uitkomsten vergeleken van STS in AYAs versus oudere
volwassenen (OAs). Dr. Karin Papworth (Universiteit van Umeå,
Zweden) en collega’s publiceren de analyse online in Cancer.1
De
onderzoekers identificeerden 868 AYAs en 4109 OAs met een STS-diagnose tussen
begin 1986 en eind 2011. Er waren zowel overall als per STS-subtype
significante verschillen tussen AYAs en OAs met betrekking tot presentatie,
behandeling, en overleving. Zo was bijvoorbeeld in OAs de diagnose maligne
fibreus histiocytoom meer frequent dan in AYAs (34% versus 16%; p,0,001). OAs hadden
ook meer frequent tumoren van 5 cm of groter (68% versus 56%; p<0,001) en
hogere graad van maligniteit (75% versus 67%; p<0,001). In de meeste
STS-subtypen hadden AYAs significant betere overleving en minder recidief dan
OAs; dit was echter niet het geval onder patiënten met maligne perifere
zenuwschedetumoren.
De
onderzoekers concluderen dat er verscheidene verschillen zijn tussen
AYA-patiënten en OA-patiënten met STS met betrekking tot presentatie,
behandeling, en overleving.
1.Papworth KE, Arroyo VM, Styring E et
al. Soft-tissue sarcoma in adolescents and young adult compared with older
adults: a report among 5000 patients from the Scandinavian Sarcoma Group
Central Register. Cancer 2019; epub ahead of print
Summary: An analysis of data in the
Scandinavian Sarcoma Group Central Register compared 868 AYA STS patients with
4109 older adult STS patients.The analysis found significant differences
between the two groups with regard to presentation, treatment, and survival.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)