Kathrine Rugbjerg en Jørgen Olsen (Onderzoekscentrum Kræftens Bekæmpelse, Kopenhagen) hebben een studie uitgevoerd van het lange-termijn risico van hospitalisatie voor een somatische ziekte in personen die als adolescent of jong-volwassene (AYA, leeftijd 15 tot 40 jaar) kanker hebben gehad. De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in JAMA Oncology.¹ De analyses zijn gebaseerd op gegevens van 33.555 personen in Denemarken die tussen 1943 en 2005 als AYA een diagnose kanker kregen en tenminste vijf jaar na de diagnose nog in leven waren. De 228.447 controlepersonen uit de algemene bevolking waren gematcht voor geslacht en geboortejaar.

Tijdens een mediane follow-up van veertien jaar waren er in het cohort overlevers 53.032 hospitalisaties voor somatische ziekten, waar slechts 38.423 verwacht werden op basis van hospitalisaties in het controlecohort. De gestandaardiseerde hospitalisation rate ratio (RR) voor de overlevers kwam zo uit op 1,38 (95%-bti 1,37-1,39). De hoogste risico’s werden gezien van hospitalisatie voor ziekten van bloed en bloedvormende organen (RR 2,0), infectieuze en parasitaire ziekten (RR 1,69), en maligne neoplasmen (RR 1,63). Het overall absolute excess risk (AER) was 2803 per 100.000 persoonsjaren. De hoogste AERs werden gezien voor maligne neoplasmen (18% van het totale AER), ziekten van spijsverteringsorganen (15%) en ziekten van de circulatie (14%). De hoogste risico’s werden gezien in overlevers van leukemie (RR 2,21), hersentumoren (RR 1,93), en Hodgkin lymfoom (RR 1,87).

De onderzoekers concluderen dat na het overleven van kanker als AYA het risico van hospitalisatie voor een aanzienlijke diversiteit aan somatische ziekten verhoogd is.

1.Rugbjerg K, Olsen JH. Long-term risk of hospitalization for somatic diseases in survivors of adolescent or young adult cancer. JAMA Oncol 2015; epub ahead of print