Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Multicenter fase 3-studie van FOLFIRINOX versus gemcitabine voor lokaal-gevorderd pancreascarcinoom (0)
2025-05-19 13:30   ( Nieuws )
Tags:  NEOPAN trial LAPC
Prof. Michel DucreuxIn meer dan 30% van de patiënten met pancreascarcinoom is de ziekte niet-resectabel vanwege lokale extensie. De mediane overall survival van deze patiënten is korter dan één jaar. Onder patiënten met metastatisch pancreascarcinoom is FOLFIRINOX superieur aan gemcitabine, maar onder patiënten met niet-resectabel lokaal-gevorderd pancreascarcinoom (LAPC) is gemcitabine de standaard-behandeling. De Franse multicenter fase 3-studie NEOPAN heeft FOLFIRINOX vergeleken met gemcitabine voor niet-resectabel LAPC. Prof. Michel Ducreux (Universiteit Paris-Saclay) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

NEOPAN includeerde patiënten met histologisch bevestigd LAPC die niet in aanmerking kwamen voor chirurgie, met een ECOG performance status 0 of 1. De patiënten kregen FOLFIRINOX of gemcitabine gedurende zes maanden. Het primaire eindpunt was progressievrije overleving. De studie includeerde 171 patiënten (leeftijd 35-84 jaar) die maximaal vijf jaar gevolgd werden. De mediane duur van follow-up was 59,6 maanden. De mediane PFS was 9,7 maanden met FOLFIRINOX versus 7,7 maanden met gemcitabine (HR 0,7; p=0,04). De mediane overall survival was 15,7 maanden met FOLFIRINOX versus 15,4 maanden met gemcitabine (HR 1,02; p=0,95).

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met niet-resectabel LAPC, FOLFIRINOX vergeleken met gemcitabine resulteerde in significant langere PFS maar niet OS.

1.Ducreux M, Desgrippes R, Rinaldi Y et al. PRODIGE 29-UCGI 26 (NEOPAN): a phase III randomized trial comparing chemotherapy with FOLFIRINOX or gemcitabine in locally advanced pancreatic carcinoma. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: The multicenter phase 3 NEOPAN trial in France found that among patients with unresectable locally advanced pancreatic carcinoma, FOLFIRINOX compared with gemcitabine resulted in improved PFS but not OS.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Finale resultaten van CHRYSALIS-studie van amivantamab voor gevorderd NSCLC met MET exon 14 skipping mutaties (0)
2025-05-19 12:00   ( Nieuws )
Tags:  CHRYSALIS study METex14 aNSCLC amivantamab
Dr. Matthew KrebsAmivantamab is een EGFR-MET bispecifiek antilichaam. De multicenter CHRYSALIS-studie heeft amivantamab geëvalueerd voor patiënten met gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom met MET exon 14 skipping mutaties (METex14 aNSCLC). Dr Matthew Krebs (University of Manchester, UK) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Thoracic Oncology.1

CHRYSALIS includeerde 97 METex14 aNSCLC patiënten met progressie na standaard-therapie (n=81) of die standaard-therapie weigerden (n=16). Van de eeder-behandelde patiënten hadden 53 eerder op MET gerichte therapie gekregen. De patiënten kregen wekelijks amivantamab gedurende de eerste vier weken en vervolgens tweemaal per week. De objective response rate was 32% overall, 50% onder niet-eerder behandelde patiënten, 46% onder patiënten die niet eerder op MET gerichte therapie hadden gekregen, en 19% onder patiënten die eerder MET-gerichte therapie hadden gekregen. De clinical benefit rate in deze vier groepen 69%, 88%, 64%, en 66%. De mediane duur van respons was 11,2 maanden, de mediane progressievrije overleving was 5,3 maanden, en de mediane overall survival was 15,8 maanden. De meest-gerapporteerde adverse events waren rash (79%) en infusiereacties (72%); 52% van deze AEs waren graad 1 of 2.

De onderzoekers concluderen dat amivantamab klinisch relevante en duurzame antitumorwerkzaamheid had in patiënten met METex14 aNSCLC, inclusief in patiënten die eerder MET-gerichte behandeling hadden gekregen.

1.Krebs MG, Cho BC, Hiret S et al. Amivantamab in participants with advanced non-small cell lung cancer (NSCLC) and MET exon 14 skipping mutations: final results from the CHRYSALIS study. J Thor Oncol 2025-00720-8

Summary: The multinational CHRYSALIS study found clinically meaningful and durable antitumor efficacy and acceptable toxicity of the EGFR-MET bispecific antibody amivantamab among patients with METex14 advanced NSCLC, including those who progressed on prior MET therapies.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van eerstelijns alectinib plus bevacizumab voor niet-kleincellig longcarcinoom met ALK-rearrangement (0)
2025-05-18 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ALEK-B trial
Prof. Oscar ArrietaTot 25% van de patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) met ALK-rearrangement hebben ziekteprogressie binnen het eerst jaar van gerichte behandeling. De fase 2-studie ALEK-B van het Instituto Nacional de Cancerologia (Mexico City) heeft de combinatie van bevacizumab en alectinib voor deze patiënten geëvalueerd. Prof. Oscar Arrieta en collega’s publiceren de studie in Nature Communications.1

ALEK-B includeerde patiënten die alectinib 600 mg tweemaal daags plus bevaicizumab 15 mg/kg iedere drie weken kregen tot ziekteprogressie of niet-acceptabele toxiciteit. Het primaire eindpunt van de studie was percentage patiënten zonder progressie na twaalf maanden. Onder de 41 geïncludeerde patiënten waren er zeven (17,1%) met hersenmetastasen. De objective response rate was 100%. De mediane follow-up was 34,5 maanden. Het twaalf-maands PFS-percentage was 97,1% (95%-bti 92,6-100). Drie-jaar percentages voor PFS, intracraniële PFS, en OS waren 64,2% (95%-bti 56,1-85,2) respectievelijk 87,8% (74,0-96,6) en 87,9% (74,0-96,6). Graad 3 of 4 adverse events werden gezien in 46,3% van de patiënten (vooral proteïnurie en hepatotoxiciteit); er waren geen graad 5 AEs. De kwaliteit van leven van de patiënten nam toe tussen baseline en twaalf maanden, en bleef vervolgens constant tot 36 maanden.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten werkzaamheid en veiligheid van de eerstelijns combinatie van alectinib en bevacizumab voor NSCLC met ALK-rearrangement steunen.

1.Arrieta O, Lara-Mejía L, Rios-Garcia E et al. Alectinib in combination with bevacizumab as first-line treatment in ALK-rearranged non-small cell lung cancer (ALEK-B): a single-arm, phase 2 trial. Nature Comm 2025-59744-9

Summary: The phase 2 ALEK-B trial in Mexico found efficacy and safety of the combination of alectinib and bevacizumab as first-line treatment of ALK-rearranged NSCLC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van eerstelijns nivolumab plus lage-dosering ipilimumab voor MSI-H gevorderd G/GEJ-carcinoom (0)
2025-05-18 12:00   ( Nieuws )
Tags:  NO LIMIT trial
Prof. Hisato KawakamiMicrosatellite instability-high (MSI-H) gevorderd carcinoom van maag- of slokdarm-maagovergang (AGC) maakt 5% tot 6% van alle gevallen van AGC uit. De multicenter fase 2-studie NO LIMIT in Japan heeft de combinatie van nivolumab (NIVO) en lage-dosering ipilimumab (IPI) als eerstelijns behandeling voor MSI-H AGC geëvalueerd. Prof. Hisato Kawakami (Tohoku Universiteit, Sendai) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

NO LIMIT includeerde 29 patiënten met MSI-H AGC die NIVO 240 mg iedere twee weken en IPI 1 mg/kg iedere zes weken kregen. Het primaire eindpunt was centraal geblindeerd beoordeelde overall response rate. De ORR was 62,1% (95%-bti 42,3-79,3), met complete respons in 10,3% van de patiënten, en de disease control rate was 79,3% (60,3-92,0). Treatment-related adverse events werden gerapporteerd voor 93,1% van de patiënten, en graad 3 of hoger TRAEs voor 37,9%. Op het moment van data cutoff voor de nu gepubliceerde analyse was de behandeling gediscontinueerd in 21 patiënten. Discontinuering vanwege TRAEs werde gerapporteerd voor 12 patiënten, van wie 11 lange-termijn antitumor werkzaamheid hadden, met duur van respons 0,9+ tot 15,6+ maanden. De mediane progressievrije overleving was 13,8 maanden (95%-bti 13,7-NR) en de mediane overall survival werd niet bereikt, met een één-jaars OS-percentage van 79,5%.

De onderzoekers concluderen dat de eerstelijns combinatie van NIVO plus lage-dosering IPI robuuste en duurzame antitumorwerkzaamheid had voor MSI-H AGC. Ook na discontinuering vanwege TRAEs werd in de meeste patiënten nog werkzaamheid gezien.

1.Kawakami H, Kadowaki S, Makiyama A et al. Phase II study (NO LIMIT, WJOG13320G) of first-line nivolumab plus low-dose ipilimumab for microsatellite instability-hihg advance gastric or esophagogastric junction cancer. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: The mutlicenter phase 2 NO LIMIT trial in Japan found robust and durable antitumor efficacy of the first-line combination of nivolumab and low-dose ipilimumab among patients with MSI-H advanced gastric or esophagogastric junction cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van niraparib voor metastatisch melanoom met mutaties in genen van de homologe-recombinatieroute (0)
2025-05-17 15:00   ( Nieuws )
Tags:  advanced melanoma with HR pathway gene mutations niraparib
Dr. Kevin KimPatiënten met gevorderd melanoom dat progressie vertoont na immuuncheckpointremmers en BRAF-gerichte middelen hebben beperkte therapeutische opties. Ongeveer eenderde van melanomen heeft tenminste één moleculaire afwijking in genen van de homologe-recombinatie (HR) route, hetgeen kan leiden tot HR-deficiëntie. Een fase 2-studie van het Sutter California Pacific Medical Center (San Francisco) heeft respons op niraparib geïnventariseerd onder patiënten met eerder-behandeld metastatisch melanoom met mutatie in één van de HR-genen. Dr. Kevin Kim en collega’s publiceren de studie in JCO Precision Oncology.1

De studie includeerde veertien patiënten (tien met niet-uveaal melanoom en vier met uveaal melaonoom), waarna de studie gediscontinueerd werd wegens slow accrual. De mediane leeftijd van de patiënten was 71 jaar. Vijf patiënten hadden ECOG performance status 0 en negen hadden ECOG performance status 1. De patiënten kregen oraal niraparib 300 of 200 mg eens per dag, op basis van lichaamsgewicht en trombocytengetal. De figuur laat zien dat twee patiënten (14%) partiële respons hadden en zeven (50%) stabiele ziekte, voor een disease control rate van 64%. De mediane progressievrije overleving was 16 weken. Onder de patiënten met niet-uveaal meloom waren er twee (20%) met partiële respons met tijd tot progressie 32 en 24 weken, en vijf (50%) met stabiele ziekte die 16 tot 98 weken aanhield. Onder de vier patiënten met uveaal melanoom werd geen respons gezien. Er waren geen onverwachte met niraparib samenhangende adverse events.

De onderzoekers concluderen dat niraparib monotherapie activiteit had onder patiënten met eerder-behandeld metastatisch niet-uveaal melanoom met HR-genmutaties.

1.Kim KB, Desprez P-Y, de Semir D et al. Phase II study of niraparib in patients with advanced melanoma with homologous recombination pathway mutations. JCO Precision Oncol 2025-00658

Summary: A phase 2 study at Sutter California Pacific Medical Center (San Francisco) found that niraparib monotherapy was active for previously treated nonuveal metastatic melanoma with HR gene mutations.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

National Cancer Database-analyse van determinanten van gebruik van immuuntherapie voor metastatisch TNBC (0)
2025-05-17 13:30   ( Nieuws )
Tags:  mTNBC immunotherapy use
Dr. Maryam LustbergRecente studies hebben laten zien dat immuuntherapie een veelbelovende optie is voor metastatisch triple-negatief mammacarcinoom. Een analyse van de National Cancer Database heeft factoren geïnventariseerd die van invloed zijn op het gebruik van immuuntherapie voor mTNBC. Dr. Maryam Lustberg (Yale University School of Medicine, New Haven CT) en collega’s publiceren de analyse in Breast Cancer Research and Treatment.1

In de NCDB identificeerden de onderzoekers 1887 patiënten met een mTNBC-diagnose tussen begin 2015 en eind 2020, onder wie 232 (12,2%) die immuuntherapie kregen. Factoren die positief geassocieerd waren met gebruik van immuuntherapie waren diagnose in een later kalenderjaar (2018-2020: OR 5,35; p<0,001), behandeling in een academisch centrum (OR 1,43; p=0,044), en particuliere verzekering (OR 1,34; p<0,001). Lagere waarschijnlijkheid van immuuntherapie werd gezien onder patiënten met hogere leeftijd (71+: OR 0,49; p=0,019), behandeling in een ruraal centrum (OR 0,43; p=0,042), zwart ras (OR 0,73; p=0,039), Hispanic etniciteit (OR 0,53; p=0,026), en hogere Charlson comorbidiy score (≥ 2: OR 0,31; p=0,035). Gebruik van immuuntherapie was geassocieerd met significant betere overleving (mediaan 1,21 versus 1,01 jaar; p<0,001) en verlaagd risico van mortaliteit (HR 0,59; p<0,001).

De onderzoekers concluderen dat gebruik van immuuntherapie voor mTNBC de laatste jaren is toegenomen. Adoptie van immuuntherapie voor mTNBC was geassocieerd met klinische, sociodemografische, en behandelcentrum-gerelateerde factoren.

1.Ajjawi I, Rios A, Wei W et al. Clinical, sociodemographic, and facility-related determinants of immunotherapy use in metastatic triple-negative breast cancer. Breast Cancer Res Treat 2025-07725-3

Summary: Analysis of the National Cancer Database found that immunotherapy use in metastatic triple-negative breast cancer has increased in recent years, with clinical, sociodemographic and facility-related factors influencing its adoption.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Gerandomiseerde studie van lage-intensiteit vibratietherapie voor CIPN in overlevers van maligniteiten (0)
2025-05-17 12:00   ( Nieuws )
Tags:  chemotherapy-induced peripheral neuropathy low-intensity vibration
Prof. Kerri Winters-StoneChemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie (CIPN) kan de mobiliteit en kwaliteit van leven van overlevers van maligniteiten negatief beïnvloeden. Vibratietherapie zou de impact van CIPN in deze overlevers kunnen verminderen. Een gerandomiseerde studie van Oregon Health & Science University (Portland) heeft de feasibiliteit en werkzaamheid van lage-intensiteit vibratie (LIV) in overlevers met CIPN geïnventariseerd. Prof. Kerri Winters-Stone en collega’s publiceren de studie in JCO Oncology Practice.1


De studie includeerde 38 overlevers van maligniteiten met persistente CIPN-symptomen (gemiddelde leeftijd 62,6 ± 9,9 jaar; 89% vrouwen, mediane tijd sinds voltooiing van de chemotherapie 18 maanden (range 6-39). De patiënten werden gerandomiseerd naar twaalf weken tweemaal daagse LIV-sessies (n=20; 10 minuten per sessie; 30 Hz, 0,4g) of gebruikelijke zorg (UC; n=18). De studieretentie was 97%, en de gemiddelde adherentie aan LIV was 77% ± 18%. Er waren geen ernstige adverse events. Vergeleken met de UC-deelnemers rapporteerden de LIV-deelnemers sterkere verbeteringen in sensorische neuropathiesymptomen (FACT/GOG Neurotoxicity 1,4 ± 3,3 versus 0,2 ± 2,8 punten; Cohen’s d = 0,45) en functioneren van de lage extremiteiten (5,3 ± 8,5 versus 0,7 ± 9,2 punten; Cohen’s d=0,80), met matig- tot-grote effect sizes voor veranderingen in stabiliteit, mobiliteit, en gait (Cohen’s d = 0,60-0,66).

De onderzoekers concluderen dat LIV veilig en feasible was en preliminaire werkzaamheid had voor het verlichten van CIPN-symptomen en het verbeteren van fysiek functioneren in overlevers van maligniteiten met CIPN.

1.Krasnow SM, Rubin CT, Roeland EJ et al. Low-intensity vibration to reduce symptoms and improve physical functioning in cancer survivors with chemotherapy-induced peripheral neuropathy: a pilot randomized trial. JCO Oncol Pract 2025-00961

Summary: A randomized study at Oregon Health & Science University (Portland) found that low-intensity vibration therapy was safe and feasible and showed preliminary efficacy for CIPN symptom relief and improving physical functioning in cancer survivors with CIPN.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Lange-termijn werkzaamheid van neoadjuvant pembrolizumab voor lokaal-gevorderde dMMR/MSI-H solide tumoren (0)
2025-05-16 15:00   ( Nieuws )
Tags:  locally advanced dMMR MSI-H solid tumors neoadjuvant pembrolizumab
Dr. Michael LaPelusaNeoadjuvante immuuntherapie kan pathologisch complete respons induceren in patiënten met gelokaliseerde dMMR/MSI-H tumoren. Lange-termijn uitkomsten van deze patiënten zijn niet bekend, evenmin als de kinische bruikbaarheid van bepaling van gehalten van circulerend tumor DNA (ctDNA). Een fase 2-studie van MD Anderson Cancer Center (Houston, TX) heeft pembrolizumab geëvalueerd voor patiënten met lokaal-gevorderde dMMR/MSI-H tumoren. In 2023 is gepubliceerd dat neoadjuvant pembrolizumab veilig was en resulteerde in hoge percentages patiënten met respons. Dr. Michael LaPelusa en collega’s publiceren drie-jaars uitkomsten van de studie in Nature Communications.1

De studie includeerde 35 patiënten (27 met colorectaalcarcinoom, één met meningioom, één met duodenaal adenocarcinoom, één met endometriaal adenocarcinoom, twee met pancreas-adenocarcinoom, één met maag-adenocarcinoom, en één met ampullair adenocarcinoom. De figuur laat zien dat de drie-jaars percentages voor gebeurtenisvrije overleving en overall survival 80% (95%-bti 66-93) en 94% (86-100) waren. Patiënten zonder detecteerbaar ctDNA na pembrolizumab hadden hogere drie-jaars EFS- en OS-percentages dan patiënten met detecteerbaar ctDNA na pembrolizumab (EFS: 92% versus 20%; p<0,001; OS 100% versus 80%; p<0,001). CRC-patiënten met niet-detecteerbaar ctDNA na pembrolizumab hadden hogere waarschijnlijkheid van pathologisch complete respons dan CRC-patiënten met detecteerbaar ctDNA na pembrolizumab (91% versus 0; p=0,03). CRC-patiënten die geen chirurgie ondergingen en niet-detecteerbaar ctDNA hadden na pembrolizumab hadden een hoger EFS-percentage dan patiënten met detecteerbaar ctDNA na pembrolizumab (100% versus 33%; p=0,03).

De onderzoekers concluderen dat neoadjuvant pembrolizumab lange-termijn werkzaamheid had onder patiënten met lokaal-gevorderde dMMR/MSI-H solide tumoren.

1.LaPelusa M, Qiao W, Iorgulescu B et al. Long-term efficacy of pembrolizumab and the clinical utility of ctDNA in locally advanced dMMR/MSI-H solid tumors. Nature Communications 2025-59615-3

Summary: A phase 2 trial at MD Anderson Cancer Center (Houston, TX) found that neoadjuvant pembrolizumab had long-term efficacy among patients with locally advanced dMMR/MSI-H solid tumors.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)