Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Voedingskwaliteit en risico van progressie naar hogere graad prostaatcarcinoom tijdens actieve surveillance (0)
2024-10-18 12:00   ( Nieuws )
Tags:  diet quality and risk of prostate cancer grade reclassification during active surveillance
Prof. Bruce TrockEr is geen informatie over de impact van de kwaliteit van de voeding op het risico van prostate cancer grade reclassification in mannen die actieve surveillance ondergaan. Het Johns Hopkins active surveillance program is een prospectief cohort van mannen die na een diagnose gunstig-risico prostaatcarcinoom gevolgd worden met actieve surveillance bij Johns Hopkins University (Baltimore MD). Een prospectieve cohortstudie onder mannen in het programma die na diagnose informatie over hun voedingsgewoonten gaven heeft de associatie tussen voedingskwaliteit en het risico van reclassificatie naar hogere graad prostaatcarcinoom geïnventariseerd. Prof. Bruce Trock en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

Tussen begin 2005 en maart 2017 includeerde de studie 886 mannen (mediane leeftijd bij diagnose 66 jaar; IQR 61-69) met grade group (GG) 1 prostaatcarcinoom die bij diagnose een gevalideerde voedselfrequentievragenlijst beantwoordden en actieve surveillance ondergingen. De onderzoekers berekenden voor alle deelnemers een Healthy Eating Index Index 1999-2000 (HEI)-score en een energie-gecorrigeerde HEI (E-HEI)-score als maat voor adherentie aan de Dietary Guidelines for Americans, en een Dietary Inflammatory Index (DII)-score en energie-gecorrigeerde DII (E-DII)-score als maat voor het inflammatiepotentieel van de voeding.

Na mediaan 6,5 jaar follow-up (IQR 4,0-9,1) hadden 187 mannen (21%) reclassificatie naar GG2 of hoger, inclusief 55 mannen (6%) met reclassificatie naar GG3 of hoger (‘extreme reclassificatie’). De cumulatieve incidentie van reclassificatie was 7% na drie jaar en 33% na tien jaar; de cumulatieve incidentie van extreme reclassificatie was 2% na drie jaar en 10% na tien jaar. Hogere baseline HEI (per 1 SD toename van de score sHR 0,85; p=0,03) en E-HEI 0,86; p=0,047) waren geassocieerd met significant lager risico van reclassificatie; hogere baseline HEI (0,72; p=0,01) en E-HEI (0,73; p=0,01) waren eveneens geassocieerd met significant lager risico van extreme reclassificatie. Baseline DII en E-DII waren niet geassocieerd met risico van reclassificatie of extreme reclassificatie.

De onderzoekers concluderen dat onder mannen die actieve surveillance ondergaan na een diagnose GG1 prostaatcarcinoom kwaliteit van de voeding van invloed kan zijn op het risico van graad-reclassificatie.

1.Su ZT, Mamawal M, Landis PK et al. Diet quality, dietary inflammation potential, and risk of prostate cancer grade reclassification. JAMA Oncol 2024.4406

Summary: A prospective study at Johns Hopkins University (Baltimore, MD) found that among men diagnosed with GG1 prostate cancer and undergoing active surveillance, higher adherence to dietary guidelines recommendations may be associated with a lower risk of grade classification.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multinationale fase 3-studie van stereotactische radiotherapie voor gelokaliseerd prostaatcarcinoom (0)
2024-10-17 15:00   ( Nieuws )
Tags:  PACE-B trial localized prostate cancer SBRT
Prof. Nicholas van AsHet is niet duidelijk of stereotactische radiotherapie (SBRT) voor gelokaliseerd prostaatcarcinoom niet-inferieur is vergeleken met conventioneel-gefractioneerde of matig-hypogefractioneerde radiotherapie (RT) voor het eindpunt biochemisch of klinisch falen. De multinationale fase 3-studie PACE (‘prostate advances in comparative evidence’)-B heeft SBRT vergeleken met controle-RT voor gelokaliseerd prostaatcarcinoom. Prof. Nicholas van As (Royal Marsden Hospital, London UK) en collega’s publiceren de studie in The New England Journal of Medicine.1




PACE-B werd uitgevoerd in 38 centra in het Verenigd Koninkrijk, Ierland, en Canada. De studie includeerde mannen met stadium T1 of T2 prostaatcarcinoom, een Gleason score 3+4 of lager, en een PSA-niveau van ten hoogste 20 ng/ml. De mannen werden gerandomiseerd naar SBRT (36,25 Gy in vijf fracties over een periode van 1 of 2 weken) of controle-RT (78 Gy in 39 fracties over 7,5 weken of 62 Gy in twintig fracties over 4 weken). Androgeendeprivatietherapie was niet toegestaan. Het primaire eindpunt was de periode van vrijblijven van biochemisch of klinisch falen.

De SBRT-groep telde 433 mannen en de controle-RT groep 441 mannen. De mediane leeftijd van de patiënten was 69,8 jaar en het mediane PSA-niveau was 8.0 ng/ml; de NCCN-risicocategorie was laag voor 8,4% van de patiënten en intermediair voor 91,6%. De mediane follow-up was 74,0 maanden. De vijf-jaars incidentie van vrijblijven van biochemisch of klinisch falen was 95,8% in de SBRT-groep en 94,6% in de controle-RT groep (p=0,004 voor noninferioriteit). De vijf-jaars cumulatieve incidentie van graad 2 of hoger GU-toxiciteit was 26,9% met SBRT en 18,3% met controle-RT (p<0,001) en de vijf-jaars cumulatieve incidentie van graad 2 of hoger GI-toxiciteit was 10,7% respectievelijk 10,2% (p=0,94).

De onderzoekers concluderen dat vijf-fractie SBRT niet-inferieur was aan controle-RT voor het eindpunt biochemisch of klinisch falen, en een werkzame behandelingsoptie kan zijn voor patiënten met laag- tot intermediair-risico gelokaliseerd prostaatcarcinoom.

1.Van As N, Griffin C, Tree A et al. Phase 3 trial of stereotactic body radiotherapy in localized prostate cancer. N Engl J Med 2024;391:1413-1425

Summary: The multinational phase 3 PACE-B trial found that among men with low-risk or intermediate-risk localized prostate cancer, five-fraction SBRT was noninferior to control radiotherapy with respect to biochemical or clinical failure.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 3-studie van nivolumab plus AVD voor gevorderd-stadium klassiek Hodgkin lymfoom (0)
2024-10-17 13:30   ( Nieuws )
Tags:  S1826 trial advanced cHL nivolumab plus AVD
Prof. Jonathan FriedbergBrentuximab vedotin plus doxorubicine, vinblastine, en dacarbazine (BV+AVD) is een standaard-behandeling voor gevorderd klassiek Hodgkin lymfoom (cHL). Gelet op de toxiciteit van de behandeling en het risico van recidief is er behoefte aan veilige en meer werkzame alternatieven. Op Hodgkin Reed-Sternberg cellen is expressie van PD-1 gezien. De fase 3-studie S1826, in 256 centra in de Verenigde Staten en Canada, heeft nivolumab (N) plus AVD vergeleken met BV+AVD onder patiënten in de leeftijd van twaalf jaar of ouder met nieuw-gediagnostiseerd stadium III of IV cHL. Prof. Jonathan Friedberg (University of Rochester NY) en collega’s publiceren de studie in The New England Journal of Medicine.1




S1826 includeerde 970 voor werkzaamheid evalueerbare patiënten die werden gerandomiseerd naar BV+AVD of N+AVD. De figuur toont de progressievrije overleving in de twee groepen. Bij de tweede geplande interimanalyse, met mediane follow-up 12,1 maanden, was de progressievrije overleving significant beter met N+AVD dan met BV+AVD (HR 0,48; p=0,001). Gelet op de korte duur van follow-up kozen de onderzoekers ervoor de analyse te herhalen na mediaan 2,1 jaar follow-up. De twee-jaars percentages voor progressievrije overleving waren 92% (95%-bti 89-94) met N+AVD en 83% (79-86) met BV+AVD (HR 0,45; 95%-bti 0,30-0,65). Immuun-gerelateerde adverse events waren infrequent met nivolumab; BV was geassocieerd met meer discontinueringen van de behandeling.

De onderzoekers concluderen dat onder volwassenen en adolescenten met stadium III of IV cHL N+AVD resulteerde in langer progressievrije overleving met een beter bijwerkingenprofiel dan BV+AVD.

1.Herrera AF, LeBLanc M, Castellino SM et al. Nivolumab+AVD in advanced-stage classic Hodgkin’s lymphoma. N Engl J Med 2024;391:1379-1389

Summary: The phase 3 S1826 trial, at 256 centers in the USA and Canada found that among adolescents and adults with newly diagnosed stage III or IV classical Hodgkin lymphoma, nivolumab plus AVD resulted in longer progression-free survival and a better side-effect profile than brentuximab vedotin plus AVD.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Pembrolizumab of placebo plus adjuvante chemotherapie met of zonder radiotherapie voor dMMR hoog-risico endometriumcarcinoom (0)
2024-10-17 12:00   ( Nieuws )
Tags:  KEYNOTE-B21 dMMR subgroup analysis
Dr. Brian SlomovitzEr zijn slechts beperkte adjuvante behandelingsopties voor hoog-risico mismatch repair-deficient (dMMR) endometriumcarcinoom. De multinationale fase 3-studie ENGOT-en11/GOG-3053/KEYNOTE-B21 evalueerde pembrolizumab of placebo plus adjuvante chemotherapie met of zonder radiotherapie voor nieuw-gediagnostiseerd hoog-risico endometriumcarcinoom na chirurgie met curatieve intentie. Dr. Brian Slomovitz (Mount Sinai Medical Center, Miami Beach FL) en collega’s publiceren in het Journal of Clinical Oncology een interimanalyse van resultaten van de studie in de dMMR-subgroep.1

De studie includeerde patiënten die werden gerandomiseerd naar zes drie-wekelijkse cycli van pembrolizumab of placebo plus carboplatine-paclitaxel gevolgd door zes zes-wekelijks cycli van pembrolizumab of placebo. MMR-status was een stratificatiefactor. Radiotherapie werd overgelaten aan de discretion van de lokale behandelaars. Lokaal-beoordeelde ziektevrije overleving (DFS) was een primair eindpunt.

In de ITT-populatie hadden 141 patiënten in de pembrolizumabgroep en 140 patiënten in de placebogroep dMMR-tumoren. Op het moment van de interimanalyse was de mediane DFS in geen van beide groepen bereikt. Twee-jaar DFS-percentages waren 92,4% (95%-bti 84,4-96,4) in de pembrolizumabgroep en 80,2% (70,8-86,9) in de placebogroep (HR 0,31; 0,14-0,69). Er waren geen nieuwe veiligheidssignalen.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van adjuvant pembrolizumab aan chemotherapie met of zonder radiotherapie resulteerde in significante verbetering van de DFS onder patiënten met hoog-risico endometriumcarcinoom met dMMR tumoren.

1.Slomowitz BM, Cibula D, Lv W et al. Pembrolizumab or placebo plus adjuvant chemotherapy with or without radiotherapy for newly diagnosed, high-risk endometrial cancer: results in mismatch repair-deficient tumors. J Clin Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: Subgroup analysis of the multinational phase 3 KEYNOTE-B21 trial found that pembrolizumab plus chemotherapy improved disease-free survival among newly diagnosed endometrial cancer patients with dMMR tumors.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Standaard eerstelijns behandeling met of zonder cadonilimab voor gevorderd cervixcarcinoom: multicenter fase 3-studie (0)
2024-10-16 15:00   ( Nieuws )
Tags:  COMPASSION-16 trial P R M CC
Prof. Xiaohua WuCadonilimab is een bispecifiek op PD-1 en CTLA-4 gericht antilichaam. De fase 3-studie COMPASSION-16, in 59 centra in China) heeft toevoeging van cadonilimab aan standaard eerstelijns behandeling voor persisterend, recidiverend,of metastatisch cervixcarcinoom (P/R/M CC) geëvalueerd. Prof. Xiaohua Wu (Fudan Universiteit, Shanghai) en collega’s publiceren de studie in The Lancet.1

De studie includeerde 445 vrouwen in de leeftijd van 18 tot en met 75 jaar met niet-eerder behandeld P/R/M CC. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar zes cycli cadonilimab (10 mg/kg) of placebo, plus platina-gebaseerde chemotherapie met of zonder bevacizumab iedere drie weken gevolgd door twee jaar onderhoudstherapie met cadonilimab of placebo. Primaire eindpunten waren progressievrije overleving en overall survival. De mediane PFS was 12,7 maanden in de cadonilimabgroep en 8,1 maanden in de placebogroep (HR 0,62; p<0,0001) en de mediane OS werd niet bereikt in de cadonilimabgroep en was 22,8 maanden in de placebogroep (HR 0,64; p=0,0011). De meest-gerapporteerde graad 3 of hoger adverse events waren afname van neutrofielengetal en leukocytengetal, en anemie.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van cadonilimab aan eerstelijns standaard chemotherapie met of zonder bevacizumab voor P/R/M CC resulteerde in significante verbetering van PFS en OS met een manageable veiligheidsprofiel.

1.Wu X, Sun Y, Yang H et al. Cadonilimab plus platinum-based chemotherapy with or without bevacizumab as first-line treatment for persistent, recurrent, or metastatic cervical cancer (COMPASSION-16): a randomised, double-blind, placebo-controlled phase 3 trial in China. Lancet 2024; epub ahead of print

Summary: The multicenter phase 3 COMPASSION-16 trial in China found that addition of cadonilimab to first-line standard chemotherapy improved progression-free survival and overall survival with a manageable safety profile in patients with persistent, recurrent, or metastatic cervical cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

TNBC-DX genomische test voor voorspellen van uitkomsten van neoadjuvante therapie voor vroeg-stadium TNBC (0)
2024-10-16 13:30   ( Nieuws )
Tags:  triple-negative breast cancer. TNBC-DX genomic test
Prof. Aleix PratEr is behoefte aan het identificeren van biomarkers voor het optimaliseren van behandelingen voor vroeg-stadium triple-negatief mammacarcinoom (TNBC). TNBC-DX is een genomische test die is ontwikkeld op basis van resultaten van drie neoadjuvante-chemotherapiestudies met 1259 patiënten met vroeg-stadium TNBC (SCAN-B, CALGB-40603, en BrighTNess) en gevalideerd in drie neoadjuvante-chemotherapiestudies met 527 patiënten met vroeg-stadium TNBC (WSG-ADAPT-TN, MMJ-CAR-2014-01, en NeoPACT). Prof. Aleix Prat (Hospital Clínic Barcelona) en collega’s publiceren in Annals of Oncology een analyse van de waarde van TNBC-DX voor het voorspellen van korte- en lange-termijn uitkomsten van vroeg-stadium TNBC.1

In WSG-ADAPT-TN werden patiënten gerandomiseerd naar nab-paclitaxel plus gemcitabine of carboplatine. In MMJ-CAR-2014-01 kregen patiënten carboplatine plus docetaxel. In NeoPACT kregen patiënten carboplatine plus docetaxel en pembrolizumab. De figuur laat zien dat in de eerste twee studies de TNBC-DX risicoscore voorspellend was voor het bereiken van pCR. Deze figuur laat zien dat de TNBC-DX risicoscore ook voorspellend was voor afstandsmetastase-vrije overleving en overall survival. In NeoPACT was de TNBC-DX risicoscore significant geassocieerd met pCR, gebeurtenisvrije overleving, en OS.

De onderzoekers concluderen dat TNBC-DX pCR voorspelt onder patiënten die neoadjuvante taxaan-carboplatine kregen voor vroeg-stadium TNBC en bijdraagt aan de voorspelling van lange-termijn uitkomsten ongeacht gebruik van pembrolizumab.

1.Martin M, Stecklein SR, Gluz O et al. TNBC-DX genomic test in early-stage triple-negative breast cancer treated with neoadjuvant taxane-based therapy. Ann Oncol 2024.10.012

Summary: Analysis of neoadjuvant chemotherapy studies of patients with early-stage triple-negative breast cancer found that the TNBC-DX genomic test predicts pCR and helps to forecast long-term survival independent of pembrolizumab use.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Impact van voorafgaande lokale therapie op werkzaamheid van eerstelijns apalutamide voor niet-metastatisch CRPC (0)
2024-10-16 12:00   ( Nieuws )
Tags:  SPARTAN trial secondary analysis nonmetastatic castration-resistant prostate cancer
Dr. Soumyajit RoyResultaten van preklinische studies suggereren dat prostaat-gerichte lokale therapie van invloed kan zijn op de werkzaamheid van volgende systemische therapie. Een secundaire analyse van de multinationale fase 3-studie SPARTAN heeft de impact van voorafgaande radicale prostatectomie, radiotherapie, of beide, op de werkzaamheid van eerstelijns apalutamide voor niet-metastatisch castratieresistent prostaatcarcinoom (nmCRPC). Dr. Soumyajit Roy (Rush University Medical Center, Chicago IL) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Network Open.1

SPARTAN werd uitgevoerd in 332 centra in 26 landen. De studie includeerde patiënten met nmCRPC en een PSA-verdubbelingstijd van 10 maanden of korter. De patiënten, die allen androgeendeprivatietherapie kregen, werden gerandomiseerd naar eerstelijns apalutamide of placebo. Onder de 1179 patiënten in de nu gepubliceerde analyse kregen 795 eerdere lokale therapie en 384 niet. De mediane follow-up was 52,0 maanden (IQR 51,5-52,8). Patiënten met eerdere lokale therapie hadden voor het eindpunt metastasevrije overleving (MFS) meer profijt van apalutamide (versus placebo HR 0,22; 95%-bti 0,17-0,27) dan patiënten zonder eerdere lokale therapie (0,35; 0,25-0,51). Er was geen evidentie voor een interactie tussen eerdere lokale therapie en apalutamide voor het eindpunt overall survival.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten die eerstelijns apalutamide kregen voor nmCRPC, voorafgaande lokale therapie geassocieerd was met langere MFS.

1.Roy S, Malone S, Wing K et al. Prior local therapy and first-line apalutamide in patients with nonmetastatic castration-resistant prostate cancer. A secondary analysis of the SPARTAN randomized clinical trial. JAMA Network Open 2024;7:e2439434

Summary: Post hoc analysis post hoc analysis of the multinational phase 3 SPARTAN trial found evidence of an interaction between prior local therapy and efficacy of first-line apalutamide for nonmetastatic castration-resistant prostate cancer, with a more favorable effect of apalutamide on metastasis-free survival among patients with prior local therapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 3-studie van inductiechemotherapie gevolgd door standaard chemoradiotherapie voor lokaal-gevorderd cervixcarcinoom (0)
2024-10-15 15:00   ( Nieuws )
Tags:  GCIG INTERLACE trial LA CC induction CT followed by standard CRT
Dr. Mary McCormackDe standaard-behandeling voor lokaal-gevorderd cervixcarcinoom (LA CC) is chemoradiotherapie (CRT), maar na deze behandeling wordt in veel patiënten alsnog recidief gezien. De multinationale fase 3-studie GCIG INTERLACE heeft inductiechemotherapie (CT) gevolgd door standaard CRT voor LA CC geëvalueerd. Dr. Mary McCormack (University College London, UK) en collega’s publiceren de studie in The Lancet.1

INTERLACE werd uitgevoerd in 32 centra in vijf landen. De studie includeerde 500 volwassen patiënten met LA CC die werden gerandomiseerd naar vijf weken cisplatine-gebaseerde CRT met (n=250) of zonder (n=250) carboplatine-paclitaxel inductie CT eens per week gedurende zes weken. Het mediane interval tussen inductie CT en CRT was zeven dagen. Primaire eindpunten waren progressievrije overleving en overall survival. De figuur laat de resultaten van de studie zien. De mediane follow-up was 67 maanden. De vijf-jaar percentages voor PFS waren 72% in de inductie CT plus CRT-groep versus 64% in de alleen-CRT groep (HR 0,65; p=0,013) en de vijf-jaars percentages voor OS waren 80% versus 72% (HR 0,60; p=0,015). Graad 3 of hoger adverse events werden geraporteerd voor 59% van de patiënten in de inductie CT plus CRT-groep en 48% van de patiënten in de alleen-CRT groep.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van korte-duur inductie CT aan standaard CRT resulteerde in significante verbetering van de overlevingsuitkomsten onder patiënten met LA CC.

1.McCormack M, Eminowicz G, Gallardo D et al. Induction chemotherapy followed by standard chemoradiotherapy versus standard chemoradiotherapy alone in patients with locally advanced cervical cancer (GCIG INTERLACE): an international, multicentre, randomised phase 3 trial. Lancet 2024; epub ahead of print

Summary: The multinational phase 3 GCIG INTERLACE trial found that short-course induction chemotherapy followed by standard chemoradiotherapy significantly improved survival of patients with locally advanced cervical cancer compared with standard chemoradiotherapy alone.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)