Hypomethylerende
middelen (HMAs) in combinatie met venetoclax worden in toenemende mate gebruikt
voor hoger-risico myelodysplastische syndromen (HR-MDS). De cytogenetische en
moleculaire factoren die met de uitkomsten van deze combinatie geassocieerd
zijn worden nog niet goed begrepen. Een gepoolde analyse van drie prospectieve studies
van MD Anderson Cancer Center (Houston TX) heeft deze factoren
geïnventariseerd. Prof. Guillermo Garcia-Manero en collega’s publiceren de analyse in Clinical Cancer
Research.1
De analyse
includeerde 80 patiënten die HMA-venetoclax kregen voor HR-MDS, onder wie 52
HMA-naïef waren en 28 na falen van HMA. In deze twee groepen was de overall response rate 90%
respectievelijk 57%, de mediane overall
survival 28,2 respectievelijk 8,3 maanden, en de mediane gebeurtenisvrije
overleving 17,9 respectievelijk 5,5 maanden. Zesenveertig procent van de
HMA-naïeve patiënten en 11% van de patiënten na falen van HMA kregen na
HMA-venetoclax allogene stamceltransplantatie. Factoren die geassocieerd waren
met slechtere uitkomsten waren eerder HMA-falen, complexe cytogenetica,
trisomie 8, TP53-mutaties, en RAS-route mutaties. Mutaties in
RNA-splicing, DNA-methylering, en ASXL1
waren geassocieerd met gunstigere uitkomsten. Blastenpercentage was niet voorspellend
voor uitkomsten.
De
onderzoekers concluderen dat ze factoren hebben gevonden die patiënten kunnen
identificeren die het meest kunnen profiteren van HMA-venetoclax.
1.Bazinet
A, Desikan SP, Li Z et al. Cytogenetic
and molecular associations with outcomes in higher-risk myelodysplastic
syndromes treated with hypomethylating agents plus venetoclax. Clin Cancer Res
2024; epub ahead of print
Summary: Pooled analysis of patient data from 3 prospective trials evaluating HMA-venetoclax
for higher-risk MDS identified cytogenetic and molecular associations with
outcomes.
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)