Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Multicenter fase 2-studie van totale neoadjuvante therapie met lange-kuur radiotherapie en TAS-102 voor lokaal-gevorderd rectumcarcinoom (0)
2025-06-26 12:00   ( Nieuws )
Tags:  LARC TNT
Prof. Jinbo YueTotale neoadjuvante therapie (TNT) wordt aanbevolen voor lokaal-gevorderd rectumcarcinoom (LARC) met hoog-risico kenmerken. Een multicenter fase 2-studie in China heeft een nieuw-ontwikkelde TNT bestaande uit TAS-102 concurrent met lange-kuur radiotherapie gevolgd door consolidatie met TAS-102 en oxaliplatine geëvalueerd voor patiënten met LARC. Prof. Jinbo Yue (Eerste Medische Universiteit van Shandong) en collega’s publiceren de studie in eClinicalMedicine.1

De studie includeerde patiënten met LARC (stadium II of III) die preoperatief radiotherapie kregen (50 Gy in 25 fracties) concurrent met oraal TAS-102 (35 mg/m2 tweemaal daags op dagen één tot en met vijf tijdens de eerste, derde, en vijfde week van de radiotherapie), gevolgd door twee twee-weekse cycli consolidatiechemotherapie (oxaliplatine 85 mg/m2 op dag één en TAS-102 35 mg/m2 op dagen één tot en met vijf), en totale mesorectale excisie zeven tot elf weken na voltooiing van de radiotherapie. Het primaire eindpunt was percentage patiënten met pathologisch complete respons (pCR; ypT0 ypN0).

De studie includeerde 50 patiënten onder wie 44 chirurgie ondergingen. Onder deze 44 patiënten was het pCR-percentage 32% (95%-bti 19-48) waarmee het primaire eindpunt bereikt werd. Majeure pathologische regressie werd gezien in 52% (95%-bti 37-68) en pathologisch complete lymfeklier-regressie in 61% (45-76). Onder de zes patiënten die geen chirurgie ondergingen bereikten twee klinisch complete respons gevolgd door observatie. De mediane progressievrije overleving en overall survival werden niet bereikt. Graad 3 respectievelijk 4 hematologische toxiciteit werd gerapporteerd voor tien patiënten (20%) respectievelijk drie patiënten (6%). De meeste patiënten hadden milde gastroïntestinale toxiciteit.

De onderzoekers concluderen dat het nieuwe TNT-schema resulteerde in een hoog percentage (32%) patiënten met pCR met acceptabele toxiciteit onder patiënten met LARC.

1.Dou X, Zhao L, Ma Z et al. Total neoadjuvant therapy integrating long-course radiotherapy with trifluridine/tipiracil for locally advanced rectal cancer: a single-arm, multicenter phase 2 trial. eClinMed 2025.103312

Summary: A multicenter phase 2 trial in China found that TAS-102 concurrent with preoperative radiotherapy led to a high pCR rate (32%) with acceptable toxicity among patients with stage II or III rectal cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multinationale fase 1-studie van patritumab deruxtecan voor eerder-behandeld aNSCLC zonder gebruikelijke EGFR-mutaties (0)
2025-06-25 15:00   ( Nieuws )
Tags:  U31402-AU102 HER3-DXd
Dr. Conor SteuerPatritumab deruxtecan (HER3-DXd) is een op HER3-gericht antibody-drug conjugate, met waargenomen antitumoractiviteit in patiënten met eerder-behandeld EGFR-gemuteerd gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (aNSCLC). De multinationale fase 1-studie U31402-AU102 heeft HER3-DXd geëvalueerd voor aNSCLC met andere of geen bekende driver mutaties. Dr. Conor Steuer (Emory University, Atlanta GA) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

U31402-AU102 werd uitgevoerd in veertien centra in Europa, Noord-Amerika, en Oost-Azië. De studie includeerde patiënten met squamous of niet-squameus aNSCLC zonder de gebruikelijke EGFR-mutaties ex19del, L585R, L861Q, or G719X. De patiënten waren eerder behandeld met platina-gebaseerde chemotherapie, immuuncheckpointremmers, en (voor patiënten met bekende actionabele genomische veranderingen) gerichte therapie. De patiënten kregen intraveneus HER3-DXd 5,6 mg/kg iedere drie weken. Het primaire eindpunt was bevestigde objective response rate (cORR).

Onder de 47 geïncludeerde patiënten was de mediane duur van behandeling 4,2 maanden (range 0,7-19,8). De cORR was 27,7% (95%-bti 15,6-42,6) en de mediane duur van respons was 8,1 maanden (4,2-NE). De figuur laat zien dat de mediane progressievrije overleving 5,5 maanden was (95%-bti 4,0-11,2) en de mediane overall survival 15,2 maanden (10,8-17,7). Discontinuering vanwege treatment-emergent adverse events was vereist in 12,8%. Graad 3 of hoger TEAEs werden gezien in 51,1% en ernstige TEAEs in 12,8% (geen graad 5 gevallen). Treatment-related interstitiële longziekte (alleen graad 1 of 2) werd gezien in 10,6%.

De onderzoekers concluderen dat de eerder-gerapporteerde werkzaamheid en veiligheid van HER3-DXd in eerder-behandeld EGFR-gemuteerd aNSCLC ook werd gezien in andere NSCLC-subtypen.

1.Steuer CE, Hayashi H, Su W-C et al. Patritumab deruxtecan (HER3-DXd; MK-1022) in non-small cell lung cancer after platinum-based chemotherapy and immunotherapy. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: The multinational phase 1 U31402-AU102 trial found that the previously reported efficacy and safety of HER3-DXd in pretreated patients with EGFR-mutated aNSCLC were also observed in those with other aNSCLC subtypes.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Temporele trends in overleving van Franse patiënten met diagnose longadenocarcinoom (0)
2025-06-25 13:30   ( Nieuws )
Tags:  KBP-2020-CPHG study
Dr. Didier DebieuvreVerbeteringen in diagnose en behandeling van longadenocarcinoom (LUAD) hebben geleid tot betere overleving van de patiënten. De retrospectieve KBP-2020-CPHG studie heeft de overlevingstrends van LUAD-patiënten in niet-academische centra in Frankrijk tussen 2000 en 2020 geïnventariseerd. Dr. Didier Debieuvre (Hôpital Emile Muller, Mulhouse) en collega’s publiceren de studie in NEJM Evidence.1

In 2020 kregen in niet-academische centra in Frankrijk 5015 patiënten een LUAD-diagnose. Het drie-jaars overall survival percentage was 38,6%, uiteenlopend van 21,3% onder patiënten met metastatische ziekte bij diagnose tot 84,0% onder patiënten met stadium I ziekte bij diagnose. De mediane overall survival was 20,7 maanden, vergeleken met 8,5 maanden onder Franse patiënten met een LUAD-diagnose in 2000. Vrouwelijk geslacht, hogere performance status, en vroeger ziektestadium waren geassocieerd met betere OS. Patiënten met metastatisch LUAD met EGFR, ALK, of ROS1 moleculaire veranderingen die gerichte therapie kregen hadden hogere drie-jaars OS-percentages dan patiënten zonder deze veranderingen (36,0% versus 18,5%). Onder patiënten met metastatische ziekte zonder de genoemde moleculaire veranderingen was het drie-jaars OS-percentage 36,2% met eerstelijns immuuntherapie versus 14,3% zonder immuuntherapie, met mediane OS 21,0 versus 4,2 maanden.

De onderzoekers concluderen dat in de periode van 2000 tot 2020 aanzienlijke verbeteringen hebben plaatsgevonden in de OS van patiënten met LUAD in niet-academische centra in Frankrijk. Gerichte therapie en immuuntherapie waren geassocieerd met langere OS onder patiënten met metastatische ziekte.

1.Debieuvre D, Falchero L, Molinier O et al. Survival of patients with lung adenocarcinoma diagnosed in 2000, 2010, and 2020. NEJM Evidence 2025.2400443

Summary: The retrospective KBP-2020-CPHG Study in France found that improvements in overall survival of patients with lung adenocarcinoma were seen over 20 years in the setting of nonacademic public hospitals.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter gerandomiseerde studie van inpatient palliatieve zorg voor patiënten die HSCT ondergaan (0)
2025-06-25 12:00   ( Nieuws )
Tags:  HSCT PC intervention
Dr. Areej El-JawahriPatiënten die hematopoïetische stamceltransplantatie (HSCT) ondergaan ervaren aanzienlijke fysieke en psychosociale symptomen die resulteren in verstoorde kwaliteit van leven (QOL). Een gerandomiseerde studie in drie centra in de Verenigde Staten heeft palliatieve zorg (PC)-interventie voor deze patiënten geïnventariseerd. Dr. Areej El-Jawahri (Massachusetts General Hospital, Boston) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde 360 inpatients die allogene of autologe HSCT ondergingen tussen oktober 2018 en augustus 2022. De patiënten werden gerandomiseerd naar PC of gebruikelijke zorg (UC). Patiënten in de PC-groep zagen tweemaal per week een PC-behandelaar tijdens de HSCT-hospitalisatie. De onderzoekers bepaalden de QOL (FACT-BMT), depressie- en angstsymptomen (HADS) en post-traumatic stress disorder (PTSD)-symptomen bij baseline, week 2, en 3 en zes maanden na HSCT. Vergeleken met de UC-patiënten rapporteerden de patiënten die de interventie ondergingen na twee weken betere QOL (p<0,001), lagere depressie (p=0,026), en minder PTDS-symptomen (p=0,046). De interventie had geen impact op gerapporteerde angst na twee weken. In longitudinale analyses hadden patiënten in de interventiegroep steilere afname in PTSD-symptomen over zes maanden na HSCT (p=0,012).

De onderzoekers concluderen dat PC resulteerde in substantiële verbeteringen in QOL, depressie, en PTSD-symptomen twee weken na de HSCT, met tot tenminste zes maanden aanhoudende impact op PTSD-symptomen.

1.El-Jawahri A, LeBlanc TW, Kavanaugh A et al. Multisite randomized trial of inpatient palliative care intervention for patients undergoing hematopoietic stem cell transplantation. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: A randomized trial at three centers in the USA found that among patients undergoing HSCT, inpatient palliative care intervention led to substantial improvements in patients quality of life, depression, and PTSD symptoms with sustained effects on PTSD symptoms up to 6 months post-HSCT.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Meta-analyse van uitkomsten met ICIs voor gevorderde maligniteiten in ontvangers van solide orgaantransplantatie (0)
2025-06-24 15:00   ( Nieuws )
Tags:  SOTRs ICIs
Dr. Nida SaleemImmuuncheckpointremmers (ICIs) verbeteren de overleving van patiënten met gevorderde maligniteiten. Werkzaamheid en veiligheid van ICIs voor gevorderde maligniteiten in ontvangers van solide orgaantransplantatie (SOTRs) is niet duidelijk. Een systematisch overzicht en individuele-deelnemergegevens (IPD)-meta-analyse van gepubliceerde studies heeft de uitkomsten met ICIs in SOTRs geïnventariseerd. Dr. Nida Saleem (Flinders University, Bedfork Park, Australië) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Oncology.1

In de literatuur tot en met juni 2024 identificeerden de onderzoekers 128 voor het onderwerp relevante studies met tezamen 343 SOTRs die ICIs kregen. De mediane leeftijd was 63 jaar (IQR 14-88); de meeste deelnemers waren mannen (76,9%) en ontvangers van niertransplantatie (70,9%), en de meest-gebruikte ICIs waren PD-1 remmers (72,9%). Binnen drie jaar na de start van de ICI overleden 52,8% (95%-bti 43,9-61,6) van de deelnemers aan hun maligniteit. Objectieve respons een jaar na de start van de ICI was 31,6% (95%-bti 25,0-37,7) met hogere respons onder patiënten met cutaan squameus celcarcinoom (cSCC; 61,0%; 45,5-76,4) dan onder patiënten met melanoom (48,5%; 26,8-70,3) en andere maligniteiten van solide organen (26,9%; 14,5-39,3). SOTRs met melanoom (HR 2,29; 95%-bti 1,31-3,99) en andere solid organ cancers (2,84; 1,70-4,74) had hogere ziektespecifieke mortaliteit dan cSCC-patiënten. SOTRs met melanoom hadden hoger risico van acute afstoting (HR 2,88; 95%-bti 1,69-4,90) dan SOTRs met cSCC. Onderhoudsbehandeling met steroïden en mTOR-remmers was geassocieerd met lager risico van afstoting dan onderhoudsbehandeling met andere immuunsuppressiva.

De onderzoekers concluderen dat uitkomsten van maligniteiten in SOTRs die ICIs kregen verschilden per type maligniteit, met hogere waarschijnlijkheid van respons onder sSCC-patiënten dan onder patiënten met andere maligniteiten. Concurrent gebruik van steroïden en mTOR-remmers tijdens de ICI-therapie zou het risico van acute afstoting kunnen verlagen.

1.Saleem N, Wang J, Rejuso A et al. Outcomes of solid organ transplant recipients with advanced cancers receiving immune checkpoint inhibitors. A systematic review and individual participant data meta-analysis. JAMA Oncology 2025; epub ahead of print

Summary: IPD meta-analysis of 128 studies found that among solid organ transplant recipients receiving ICIs for advanced cancer, the outcomes varied by cancer type, with a higher probability of response among those with cutaneous squamous cell carcinoma than those with other cancers. Concurrent use of steroids and mTOR-inhibitors during ICI therapy may reduce the risk of acute allograft reaction.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Associatie tussen atopie en overleving en risico van hersenmetastase van cutaan melanoom in 65-plussers (0)
2025-06-24 13:30   ( Nieuws )
Tags:  cutaneous melanoma in elderly patients atopy
Dr. Quinn OstromDe ontwikkeling van nieuwe behandelingen voor cutaan melanoom heeft geresulteerd in langere overleving, zodat ook meer patiënten hersenmetastase (BrM) kunnen ontwikkelen. Een retrospectieve studie van gegevens in de SEER-Medicare database heeft de associatie tussen atopie en het risico van BrM in 65-plussers geïnventariseerd. Dr. Quinn Ostrom (Baylor College of Medicine, Durham NC) en collega’s publiceren de studie in Cancer Epidemiology, Biomarkers & Prevention.1

In de database identificeerden de onderzoekers 23.508 melanoompatiënten in de leeftijd van 65 jaar of ouder. Onder deze patiënten ontwikkelden 6,1% BrM, en hadden 38% een geschiedenis van atopie (gediagnostiseerd voorafgaand aan de melanoomdiagnose). Atopie was geassocieerd met 18% lager risico van overlijden (p<0,001). Onder de patiënten zonder metastase bij diagnose was atopie geassocieerd met 16% lager risico van ontwikkeling van BrM (p=0,006).

De onderzoekers concluderen dat onder oudere patiënten met melanoom geschiedenis van atopie geassocieerd was met betere overleving en lager risico van ontwikkeling van BrM.

1.Neff C, Price M, Pittman CA et al. Atopy improves survival and decreases risk of brain metastasis in cutaneous melanoma. Cancer Epidemiol Biomarkers Prev 2025; epub ahead of print

Summary: A retrospective study using the SEER Medicare database found that among elderly patients with cutaneous melanoma, those with a preexisting diagnosis of atopy had significantly improved survival and decreased incidence of brain metastasis.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Modelstudie van kosteneffectiviteit van trimodale therapie en radicale cystectomie voor spierinvasief blaascarcinoom (0)
2025-06-24 12:00   ( Nieuws )
Tags:  MIBC TMT RC
Dr. Daniel JoyceKlinische richtlijnen noemen trimodale therapie (TMT, transurethrale resectie gevolgd door chemotherapie en bestraling) een alternatief voor radicale cystectomie (RC) in het definitief management van spierinvasief blaascarcinoom (MIBC). Een microsimulatie-modelstudie heeft kosteneffectiviteit van TMT en RC vergeleken. Dr. Daniel Joyce (Vanderbilt University Medical Center, Nashville TN) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De indexpatiënt van het model was 71 jaar oud, met klinisch stadium T2-4aN0M0 MIBC, en solitaire tumor kleiner dan 7 cm, adequate blaasfunctie, en geen multifocaal of extensief in situ carcinoom. Voor deze patiënt waren de gemiddelde kosten na vijf jaar $ 30.525 hoger met TMT dan met RC ($ 71.014 versus $ 40.489). De gemiddelde QALYs waren 3,87 respectievelijk 3,94 met RC en TMT. TMT was dus niet kosteneffectief vergeleken met RC, met een ICER van $ 464,291 per QALY na vijf jaar en een ICER van $ 308.638 per QALY na tien jaar. TMT zou kosteneffectief worden als de kosten lager zouden zijn dan $ 17.605 na vijf jaar.

De onderzoekers concluderen dat TMT geassocieerd was met betere kwaliteit van leven dan RC, maar niet kosteneffectief was vanwege de hogere vijf- en tien-jaars kosten van de behandeling.

1.Joyce DD, Wymer KM, Graves JA et al. Cost-effectiveness of trimodal therapy and radical cystectomy for muscl-invasive bladder cancer. JAMA Network Open 2025;8:e2517056

Summary: An economic evaluation study comparing trimodal therapy and radical cystectomy for muscle-invasive bladder cancer found that TMT was associated with improved quality of life but was not cost-effective relative to RC at 5 and 10 years given higher treatment costs.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Salvage stereotactische radiotherapie voor macroscopisch prostaatbed-recidief na prostatectomie (0)
2025-06-23 15:00   ( Nieuws )
Tags:  STARR trial
Dr. Niccolo’ BertiniSalvage radiotherapie na radicale prostatectomie is een curatieve benadering voor patiënten met biochemisch recidief. Uitkomsten met salvage radiotherapie zijn ongunstig voor patiënten met macroscopisch lokaal redicief. De multicenter prospectieve STARR-studie in Italië evalueert salvage stereotactische radiotherapie voor deze patiënten. Dr. Niccolo’ Bertini (Universiteit van Florence) en collega’s publiceren een interimanalyse van de studie in Cancers.1

De interimanalyse heeft betrekking op de eerste 51 deelnemers van de studie, die werden gerecruteerd in Florence. De patiënten hadden na prostatectomie biochemisch recidief, gedefinieerd als PSA > 0,2 ng/ml) en PET-bevestigd macroscopisch recidief. De behandeling was salvage stereotactisch radiotherapie 35 Gy in vijf fracties naar de zichtbare lesie. Androgeendeprivatietherapie (ADT) was niet toegestaan. Complete biochemische respons (CBR) werd gedefinieerd als PSA < 0,2 ng/ml en biochemische respons als tenminste 50% PSA-afname. De mediane follow-up was 16 maanden. CBR werd bereikt in 45,1% van de patiënten en BR in 80,4%. De mediane biochemisch-recidiefvrije overleving, radiologisch-recidiefvrije overleving, en ADT-vrije overleving werden niet bereikt. De toxiciteit was minimaal, met twee patiënten met acute graad 2 GI-gebeurtenissen, twee patiënten met acute graad 2 GU-gebeurtenissen, en één patiënt met een late graad 2 GI-gebeurtenis, en geen gevallen van graad 3 of hoger toxiciteiten.

De onderzoekers concluderen dat deze vroege resultaten van STARR suggereren dat salvage stereotactische radiotherapie een veilige en werkzame optie is voor macroscopisch lokaal recidief na prostatectomie.

1.Bertini N, Francolini G, De Cataldo V et al. Stereotactic salvage radiotherapy for macroscopic prostate bed recurrence after prostatectomy: STARR (NCT05455736): an early analysis from the STARR trial. Cancers 2025;17:2092

Summary: Interim analysis of the prospective STARR trial in Italy found that salvage stereotactic radiotherapy was a safe and effective option for macroscopic prostate bed recurrence after prostatectomy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)