
De studie includeerde 43 patiënten met performance status 2 en 14 met performance status 3. De mediane leeftijd was 73,5 jaar (IQR 69,0-77,5) en 79% waren mannen. De patiënten kregen vier cycli durvalumab-carboplatine-etoposide als inductietherapie, gevolgd door durvalumab onderhoudsbehandeling. Het primaire eindpunt was het percentage patiënten die de inductietherapie voltooiden. Dit was het geval voor 67% van de patiënten met performance status 2 en 50% van de patiënten met performance status 3, hoger dan de vooraf-gespecificeerde drempel. Graad 3 of hoger treatment-related adverse events werden gerapporteerd voor 93% van de patiënten, en 21% discontinueerde de behandeling wegens AEs. De één-jaars overlevingspercentages waren 50,0% (80%-bti 39,1-60,9) onder patiënten met performance status 2 en 18,2% (5,0-41,5) onder patiënten met performance status 3.
De onderzoekers concluderen dat de combinatie van durvalumab, carboplatine, en etoposide als eerstelijns behandeling voor ES-SCLC in patiënten met slechte performance status verdragen werd en veelbelovende activiteit had.
1.Asao T, Saida Y, Watanabe S et al. Durvalumab, carboplatin, and etoposide in patients who are treatment-naïve with extensive-stage small-cell lung cancer and poor performance status (NEJ045A): a single-arm phase 2 trial. Lancet Respir Med 2025-00240-1
Summary: The multicenter phase 2 NEJ045A trial in Japan found that the first-line combination of durvalumab, carboplatin, and etoposide for ES-SCLC in patients with poor performance status was tolerated and had promising efficacy.
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)