
In het ziekenhuis in Subury werden tussen begin 2016 en eind 2023 794 ER-positieve BC-patiënten behandeld. De figuur laat zien dat de grootste groep (600 van 794; 75,6%) hoge ER-expressie had, gedefinieerd als expressie op 91 tot 100% van de tumorcellen, gevolgd door de groep patiënten met lage ER-expressie (tot 10% van de cellen; n=103; 12,9%), en de groep patiënten met intermediaire ER-expressie (n=91; 11,5%). De patiënten met intermediaire ER-expressie waren bij presentatie jonger en hadden meer frequent gevorderd stadium ziekte dan patiënten met hoge ER-expressie, en ondergingen ook meer frequent mastectomie. Deze figuur laat zien dat de overall survival in de groepen met intermediaire en lage ER-expressie slechter was dan in de groep met hoge ER-expressie (p=0,00002).
De onderzoekers concluderen dat er aanzienlijk verschillen bestaan in klinisch-pathologische kenmerken en overlevingsuitkomsten tussen BC-groepen met hoge en intermediaire ER-expressie.
1.Hammond J, Lambert N, Voutsadakis IA. Clinical and pathological features and survival outcomes of breast cancer with intermediate ER expression. Cancers 2025;17:2252
Summary: A retrospective study at Northern Ontario School of Medicine (Sudbury) found notable differences in clinical-pathological features and survival outcomes between groups of breast cancer patients with intermediate ER expression versus high ER expression.
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)