Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Bevolkings-gebaseerde studie van lange-termijn werkzaamheid van vroege start van FIT-screening in Taiwan (0)
2025-06-13 15:00   ( Nieuws )
Tags:  early-age FIT screening
Prof. Tony Hsiu-Hsi ChenDe toenemende incidentie van young-onset colorectaalcarcinoom (CRC) zou vroege start van de FIT-screening aantrekkelijk kunnen maken. Een bevolkings-gebaseerde studie in Taiwan heeft CRC-incidentie en –mortaliteit na start van de FIT-screening op de leeftijd van 40 jaar vergeleken met uitkomsten na start van de nu aanbevolen leeftijd op de leeftijd van 50 jaar. Prof. Tony Hsiu-Hsi Chen (Nationale Taiwan Universiteit, Taipei) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

De studie includeerde 263.125 deelnemers (55,8% vrouwen), onder wie 39.315 tweejaarlijkse FIT-screening startten op de leeftijd van 40 tot en met 49 jaar en vervolgens tweejaarlijkse FIT-screening voortzetten na de leeftijd 50 jaar, en 223.810 tweejaarlijkse FIT-screening startten op de leeftijd van 50 jaar. De figuur laat zien dat tijdens de follow-up de vroege-screening groep vergeleken met de standaard-screening groep lagere CRC-incidentie (26,1 versus 42,6 per 100.000 persoonsjaren) en lagere CRC-mortaliteit (3,2 versus 7,4 per 100.000 persoonsjaren) had. In propensity score-gematchte analyse was vroege screening significant geassocieerd met lagere CRC-incidentie (aRR 0,79; 95%-bti 0,67-0,94) en CRC-mortaliteit (0,61; 0,38-0,98).

De onderzoekers concluderen dat start van de FIT-screening op de leeftijd van 40 tot en met 49 jaar geassocieerd was met lagere CRC-incidentie en –mortaliteit vergeleken met start op de leeftijd van 50 jaar.

1.Chiu H-M, Chen S L-S, Su C-W et al. Long-term effectiveness associated with fecal immunochemical testing for early-age screening. JAMA Oncol 2025.1433

Summary: A population-based study in Taiwan found that intiating FIT screening at age 40 to 49 years was associated with further reduction in CRC mortality and incidence compared with starting screening at age 50 years.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 1-studie van PEP-CMV vaccin voor recidiverend hooggradig glioom en medulloblastoom in jonge patiënten (0)
2025-06-13 13:30   ( Nieuws )
Tags:  HGG medulloblastoma PEP-CMV
Dr. Eric ThompsonHet cytomegalovirus (CMV) antigen pp65 komt tot expressie in hooggradig glioom (HGG) en medulloblastoom maar niet in aangrenzende hersengebieden. Een fase 1-studie van Duke University (Durham NC) heeft het op pp65 gerichte peptidevaccin PEP-CMV voor recidiverend HGG of medulloblastoom in kinderen of jongvolwassenen in de leeftijd van 3 tot en met 35 jaar geëvalueerd. Dr. Eric Thompson en collega’s publiceren de studie in Nature Cancer.1


De studie includeerde 36 HGG-patiënten, met een gemiddelde leeftijd van 23 ± 9 jaar. Met PEP-CMV samenhangende adverse events waren zeventien graad 1 AEs, vijftien graad 2 AEs, één graad 3 AE (pyrimidal tract syndrome), en één graad 4 AE (cerebraal oedeem) waarmee voldaan werd aan het primaire eindpunt niet-acceptabele toxiciteit. Secundair eindpunt was verandering in T-cel reactiviteit tussen baseline en na toediening van PEP-CMV, bepaald met de IFN-γ pp65 enzyme-linked immunospot assay. Onder evalueerbare 21 patiënten was de reactiviteit toegenomen met 46 spots (95%-bti 8-194). Progressievrije overleving en overall survival was exporatieve eindpunten. De mediane PFS was 2,5 maanden (95%-bti 2,2-3,2) en de mediane OS was 6,5 maanden (4,6-8,4). De twee geïncludeerde medulloblastoompatiënten hadden PFS en OS korter dan twee maanden.

De onderzoekers concluderen dat PEP-CMV goed verdragen werd en antigenspecifieke immuunrespons induceerde in patiënten met recidiverend HGG.

1.Thompson EM, Ashley DM, Ayasoufi K et al. A peptide vaccine targeting the CMV antigen pp65 in children and young adults with recurrent high-grade glioma and medulloblastoma: a phase 1 trial. Nature Cancer 2025-00998-z

Summary: A phase 1 trial at Duke University (Durham, NC) found that the CMV antigen pp65 targeted vaccine PEP-CMV was well tolerated and elicited an antigen-specific imuune response in young individuals with recurrent high-grade glioma.



  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Trends in incidentie van maligniteiten in volwassen personen met HIV in de Verenigde Staten (0)
2025-06-13 12:00   ( Nieuws )
Tags:  US adults with HIV trends in cancer incidence
Dr. Cameron HaasDankzij verbeteringen in antiretrovirale therapie gedurende de laatste twee decennia is de overleving van personen met HIV verbeterd. Een retrospectieve cohortstudie In twaalf staten in de VS plus Washington DC en Puerto Rico heeft trends in de incidentie van maligniteiten in personen met HIV tussen begin 2001 en eind 2019 geïnventariseerd. Dr. Cameron Haas (National Cancer Institute; Bethesda MD) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

De analyse includeerde 7,2 miljoen persoonsjaren onder 847.107 personen met HIV (73% mannen). Vergeleken met 2010 tot en met 2014 was er in 2015 tot en met 2019 een significant lagere incidentie van diffuus grootcellig B-cel lymoom (-23%), Kaposi sarcoom (-24%), Hodgkin lymfoom (-25%), longmaligniteiten (-17%), en levermaligniteiten (-25%). Er was minder duidelijke verbetering in de incidentie van HPV-gedreven maligniteiten (bijvoorbeeld cervixcarcinoom en anuscarcinoom), maligniteiten die meer voorkomen in de algemene bevolking (borst, prostaat, colon), en er was een toename van de incidentie van vulvacarcinoom.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten aanhoudende verbetering van de behandeling van HIV en preventie van maligniteiten laten zien.

1.Haas CB, McGee-Avila JK, Luo Q et al. Cancer incidence and trends in US adults with HIV. JAMA Oncology 2025.1589

Summary: A retrospective cohort study of US adults living with HIV found significant declines in the incidence and relative risk for cancers from 2001 to 2019.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Tien-jaars uitkomsten van noninferioriteits-studie van partiële-borstradiotherapie na BCS voor vroeg-stadium mammacarcinoom (0)
2025-06-12 15:00   ( Nieuws )
Tags:  IMPORT LOW phase 3 trial partial-breast radiotherapy
Dr. Anna KirbyDe multicenter noninferioriteits fase 3-studie IMPORT LOW, in dertig centra in het Verenigd Koninkrijk, evalueerde intensiteit-gemoduleerde partiële-borstradiotherapie na borstsparende chirurgie (BCS) voor vrouwen met vroeg-stadium mammacarcinoom met laag risico van ipsilateraal recidief (IBTR). In 2017 is gepubliceerd dat na vijf jaar follow-up lokaal recidief niet-inferieur was met partiële-borst en verlaagde dosering radiotherapie vergeleken met standaard gehele-borst radiotherapie, met vergelijkbare of lagere frequentie van adverse events. Dr. Anna Kirby (Royal Marsden NHS Foundation Trust, Sutton) en collega’s publiceren tien-jaars uitkomsten van de studie in The Lancet Oncology.1

UK IMPORT LOW includeerde 2018 patiënten die 1:1:1 werden gerandomiseerd naar 40 Gy in vijftien fracties naar de gehele borst (whole-breast group; n=675), 36 Gy in vijftien fracties naar de gehele borst plus 40 Gy in vijftien fracties naar de partiële borst (reduced-dose group; n=674), of 40 Gy in vijftien fracties naar de partiële borst (partial-breast group). Het primaire eindpunt van de nu gepubliceerde analyse was tien-jaars IBTR. Na tien jaar follow-up waren in het cohort 45 IBTR-gebeurtenissen gezien: 17 in de whole-breast group, 11 in de reduced-dose group, en 17 in de partial-breast group, overeenkomend met cumulatieve incidentie van 2,8% respectievelijk 1,9% en 3,0%. De frequentie van matige of ernstige adverse events verschilde niet significant tussen de groepen.

De onderzoekers concluderen dat partial-breast en reduced-dose radiotherapie veilig zijn en even effectief als whole-breast radiotherapie voor patiënten met laag-risico vroeg mammacarcinoom.

1.Kirby AM, Finneran L, Griffin CL et al. Partial-breast radiotherapy after breast conservation surgery for women with early breast cancer (UK IMPORT LOW): 10-year outcomes from a multicentre, open-label, randomised, controlled, phase 3, non-inferiority trial. Lancet Oncol 2025-00194-9

Summary: Ten-year follow-up of the multicenter non-inferiority phase 3 IMPORT LOW trial in the UK found that among women after breast conserving surgery for low-risk early breast cancer, partial-breast and reduced-dose radiotherapy are as safe and effective as whole-breast radiotherapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve studie van real-world uitkomsten met door Molecular Tumor Board aanbevolen behandelingen (0)
2025-06-12 13:30   ( Nieuws )
Tags:  MTB recommendations real-world outcomes
Prof. Giancarlo PruneriAanbevelingen door de Molecular Tumor Board spelen een belangrijke rol in de selecties van moleculair-gerichte middelen. De bruikbaarheid van MTB-aanbevelingen in de klinische praktijk is echter niet bewezen. Een retrospectieve studie van het Istituto Nazionale dei Tumori (Milaan) heeft real-world uitkomsten met door de MTB-aanbevolen behandelingen geïnventariseerd. Prof. Giancarlo Pruneri en collega’s publiceren de studie in JCO Precision Oncology.1

De studie includeerde 1813 patiënten die tot en met november 2022 tijdens de eerste achttien maanden van de activiteit van de MTB besproken werden. Onder deze patiënten kwamen 458 (25,2%) volgens de MTB in aanmerking voor een moleculair gerichte behandeling en werden 117 (6,4%) inderdaad volgens de MTB-aanbeveling behandeld. De mediane follow-up was 14,0 maanden (IQR 3,8-20,4), en 16,5 maanden (14,0-21,3) in de groep patiënten die volgens de aanbeveling waren behandeld (groep A), 13,5 maanden (3,5-19,7)in de groep die niet volgens de aanbeveling waren behandeld (groep B), en 13,5 maanden (3,0-20,2) in de groep voor wie de MTB geen behandeling had aanbevolen (groep C). De mediane overall survival werd niet-bereikt in groep A, was 20,6 maanden in groep B (versus A: HR 1,58; p=0,012), en was 29,4 maanden in groep C (versus A: HR 1,11; p=0,871). Panel A laat zien dat onder de 1270 patiënten met metastatische ziekte de mediane OS niet bereikt werd in groep A; 17,7 maanden was in groep B (versus A: HR 1,76; p=0,002); en 20,5 maanden was in groep C (versus A: HR 1,42; p=0,035), terwijl panel B laat zien dat deze verschillen significant bleven in multivariate analyse.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met een door de MTB aanbevolen behandeling, het werkelijk ontvangen van deze behandeling resulteerde in significante verbetering van de OS.

1.Nichetti F, Brambilla M, Duca M et al. Real-world outcomes of Molecular Tumor Board treatment recommendations. JCO Precision Oncol 2025;9: epub ahead of print

Summary: A retrospective study at the Istituto Nazionale dei Tumori (Milan, Italy) found that cancer patients treated according to Molecular Tumor Board recommendations had better real-world outcomes than patients receiving other treatments.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve analyse van associatie tussen weerstandstraining en lymfoedeem in overlevers van mammacarcinoom (0)
2025-06-12 12:00   ( Nieuws )
Tags:  BCSs resistance training lymphedema
Dr. Colin ChampLymfoedeem is een frequent behandelings-gerelateerde bijwerking onder overlevers van mammacarcinoom (BCSs). Fysieke activiteit is geassocieerd met betere uitkomsten na de behandeling, maar er is geen concensus over de wenselijkheid van intensieve fysieke activiteit zoals weerstandstraining. Een retrospectieve analyse van BCSs heeft de associatie van weerstandstraining en lymfoedeem in BCSs geïnventariseerd. Dr. Colin Champ (Allegheny Health Network, Pittsburgh PA) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Network Open.1


Tussen september 2022 en april 2024 includeerde de analyse vrouwelijke BCSs onder deelnemers van drie prospectieve studies. De vrouwen kregen gedurende drie maanden doserings-geëscaleerde weerstandstraining in drie sessies per week. Voor aanvang en na voltooiing van de interventie werd lymfoedeem bepaald met bioïmpedantie-analyse. Er waren 115 vrouwen die het regime voltooiden. (mediane leeftijd 54 jaar; range 24-71), onder wie 96 (83%) in de schildwachtklierbiopsie (SLNB)-groep en 14 (12%) in de axillaire-lymfeklierdissectie (ALND)-groep.

Bij inclusie hadden vijftien vrouwen (13%) klinisch lymfoedeem: acht (8%) in de SLNB-groep en zeven (37%) in de ALND-groep. In geen van deze deelnemers werd na voltooiing van de weerstandtraining subjectieve of klinische verslechtering van lymfoedeem gezien. Bilaterale vetvrije massa van de arm was na de weerstandstraining significant toegenomen (p<0,001). De oedeem-index (verhouding tussen extracellulair water en totaal-lichaams water) vebeterde significant in alle patiënten (p<0,001).

De onderzoekers concluderen dat intense weerstandstraining onder BCSs niet resulteerde in verslechtering van lymfoedeem en geassocieerd was met verbeteringen in vochtbalans en vetvrije spiermassa in de armen.

1.Shamsesfandabadi P, Abadi MSE, Yin Y et al. Resistance training and lymphedema in breast cancer survivors. JAMA Network Open 2025;8:e2514765

Summary: A retrospective analysis among breast cancer survivors found that intense resistance training did not exacerbate lymphedema and was associated with improvements in fluid balance and lean mass in the upper extremities.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Lange-termijn follow-up van van transorale chirurgie en risico-gebaseerde adjuvante behandeling voor HPV-geassocieerd OPC (0)
2025-06-11 15:00   ( Nieuws )
Tags:  E3311 HPV-associated oropharyngeal cancer
Prof. Barbara BurtnessDe multicenter fase 2-studie E3311 in de Verenigde Staten evalueerde transorale chirurgie (TOS) met risico-gebaseerde adjuvante behandeling voor HPV-geassocieerd orofarynxcarcinoom (OPC). De studie includeerde patiënten met resectable cT1-2 stadium III/IV p16+ OPC zonder vergrote lymfeklieren (LNs). Patiënten met negatieve marges, 0 of 1 positieve LN, en geen extranodale extensie (ENE) werden geobserveerd (arm A), patiënten met negatieve marges, 2 tot en met 4 positieve LNs of ENE ≤ 1 mm werden gerandomiseerd naar 50 Gy (arm B) of 60 Gy (arm C), en patiënten met positieve marges, meer dan 4 positieve LNs of ENE > 1 mm kregen wekelijks cisplatine en 60-66 Gy. Prof. Barbara Burtness (Yale Cancer Center, New Haven CT) en collega’s publiceren in het Journal of Clinical Oncology lange-termijn resultaten van de studie.1

Onder de 359 evalueerbare patiënten waren de 54-maand percentages voor progressievrije overleving en overall survival 90,6% (90%-bti 87,2-93,1) respectievelijk 95,3% (93,0-96,9). Het 54-maands PFS-percentage was 93,2% (90%-bti 79,6-97,8) in arm A; 94,9% (89,7-97,5) in arm B; 90,2% (82,7-94,6) in arm C; en 85,5% (77,5-90,8) in arm D; het 54-maands OS-percentage was 97,1% (85,7-99,4) in arm A; 97,9% (93,5-99,3) in arm B; 95,1% (90,1-97,6) in arm C; en 92,5% (86,9-95,7) in arm D.

De onderzoekers concluderen dat TOS gevolgd door risico-aangepaste adjuvante behandeling resulteerde in goede 54-maand percentages voor PFS en OS.

1.Burtness B, Flamand Y, Quon H et al. Long-term follow-up of E3311, an ECOG-ACRIN Cancer Research Group phase II trial of transoral surgery and risk-based adjuvant treatment in Human Papillomavirus-initiated oropharynx cancer. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: Long-term follow-up of the multicenter phase 2 E3311 trial in the USA found that among patients with HPV-associated oropharyngeal cancer, transoral surgery and risk-based adjuvant treatment resulted in outstanding 54-month PFS and OS rates.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve cohortstudie van biomarker-specifieke overleving en medicatiekosten onder aNSCLC-patiënten (0)
2025-06-11 12:30   ( Nieuws )
Tags:  aNSCLC biomarker-specific survival medication cost
Dr. Shi-Yi WangGerichte behandelingen en immuuntherapie verlengen de overleving van patiënten met gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (aNSCLC) maar zijn geassocieerd met hoge kosten. Een USA-brede retrospectieve cohortstudie heeft biomarker-specifieke overleving en medicatiekosten van aNSCLC-patiënten geïnventariseerd. Dr. Shi-Yi Wang (Yale School of Public health, New Haven CT) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

Het cohort bestond uit 26.635 patiënten met gegevens in de Flatiron Health database, met een diagnose aNSCLC tussen begin 2016 en eind 2022, en follow-up tot eind september 2023. De gemiddelde leeftijd bij diagnose was 68,9 ± 10,0 jaar; 52% van de patiënten waren mannen. De patiënten werden gecategoriseerd op basis van aanwezigheid van driver-veranderingen, inclusief ALK-rearrangement, BRAF-variatie, of EGFR-variatie, terwijl patiënten zonder deze veranderingen onderverdeeld werden in drie groepen op basis van hun PD-L1 expressie (<1%, 1% tot 50%, en ≥ 50%).

De figuur laat de overall survival en de medicatiekosten voor de onderscheiden groepen zien. De mediane overall survival was 39,9 maanden onder patiënten met ALK-rearrangement; 27,0 maanden onder patiënten met EGFR-variatie; 18,7 maanden onder patiënten met BRAF-variatie; en 12,3 maanden respectievelijk 13,7 maanden en 16,2 maanden onder patiënten in de drie PD-L1 expressiegroepen. De medicatiekosten per één- of twee-jaar overleving voor patiënten zonder driver-veranderingen was consistent hoger dan voor patiënten met driver-veranderingen.

De onderzoekers concluderen dat er behoefte is aan ontwikkeling van meer-betaalbare en effectieve medicatie voor aNSCLC-patiënten zonder driver-veranderingen.

1.Tan J, Yang S-C, Dinan MA et al. Biomarker-specific survival and medication cost for patients with non-small cell lung cancer. JAMA Network Open 2025;8:e2514519

Summary: A retrospective cohort study using the Flatiron Health database investigated biomarker-specific survival and medication cost for patients with advanced non-small cell lung cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)