Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Dispariteiten in behandeling en uitkomsten tussen Hispanic en non-Hispanic Black vrouwen met TNBC (0)
2024-11-27 13:00   ( Nieuws )
Tags:  triple-negative breast cancer
Dr. Jesus AnampaTriple-negatief mammacarcinoom (TNBC) is een agressief subtypen met hogere incidentie en mortaliteit onder non-Hispanic Black (NHB) vrouwen dan non-Hispanic White vrouwen. Er zijn tot op heden geen studies gepubliceerd die dispariteiten tussen NHB en Hispanic vrouwen. Een analyse van de SEER-database heeft dispariteiten in behandeling en uitkomsten van TNBC in NHB en Hispanic vrouwen geïnventariseerd. Dr. Jesus Anampa (Montefiore Einstein Comprehensive Cancer Center, Bronx NY) en collega’s publiceren de studie in Breast Cancer Research and Treatment.1

De studie includeerde 3426 Hispanic en 5419 NHB vrouwen met een diagnose niet-metastatisch TNBC tussen begin 2010 en eind 2015. De vijf-jaars overall survival percentages waren 76% onder de Hispanic patiënten versus 72% onder de NHB patiënten. Er waren geen verschillen tussen de cohorten voor de waarschijnlijkheid van gebruik van chemotherapie of chirurgie. De waarschijnlijkheid van borstsparende chirurgie (OR 1,22; 95%-bti 1,10-1,36) en bestraling (1,50; 1,36-1,66) was hoger in de NHB groep dan in de Hispanic groep. Achterwege blijven van radiotherapie was geassocieerd met verhoogde mammacarcinoom-gerelateerde mortaliteit in NHB versus Hispanic vrouwen (sHR 1,40; 95%-bti 1,19-1,65); dit verschil werd niet gezien onder vrouwen de radiotherapie kregen (1,03; 0,87-1,23).

De onderzoekers concluderen dat de studie dispariteiten heeft geïdentificeerd in behandeling en uitkomsten tussen NHB en Hispanic patiënten met TNBC in de Verenigde Staten.

1.Anampa JD, Alvarez Soto A, Bernal AM, Acuna-Villaorduna A. Racial disparities in treatment and outcomes between Hispanic and non-Hispanic black women with triple-negative breast cancer. Breast Cancer Res Treat 2024; epub ahead of print

Summary: Analysis of the SEER database found racial disparities in treatment and outcomes between non-Hispanic Black women and Hispanic women with nonmetastatic triple-negative breast cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van oxaliplatine versus alkylerende middelen voor gevorderde neuro-endocriene tumoren (0)
2024-11-26 16:00   ( Nieuws )
Tags:  MGMT-NET trial pMGMT and dMGMT oxaliplatin versus ALKY
Dr. Thomas WalterAlkylerende middelen (ALKY) zijn de meest-gebruikte chemotherapieën voor gevorderde neuro-endocriene tumoren (NETs). Het is denkbaar dat de MGMT-status (proficiënt versus deficiënt; pMGMT versus dMGMT) de respons op ALKY kan voorspellen. De multicenter fase 2-studie MGMT-NET in Frankrijk heeft deze hypothese getoetst. Dr. Thomas Walter (Hôpital Edouard Herriot, Lyon) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1


MGMT-NET includeerde 105 patiënten met gevorderde neuro-endocriene tumoren, onder wie 102 met beschikbare informatie over de MGMT-status: 58 dMGMT-NET en 44 pMGMT-NET. De patiënten met pMGMT-NET werden 1:1 gerandomiseerd naar ALKY of oxaliplatine, en de patiënten met dMGMT-NET werden 2:1 gerandomiseerd naar ALKY of oxaliplatine. Het primaire eindpunt was een tenminste 35% betere drie-maands objective response rate tussen pMGMT en dMGMT die met ALKY werden behandeld. De eindpunt werd niet bereikt, met een drie-maands ORR van 29,4% versus 8% (OR 3,5; p=0,172). Echter, de beste ORR (52,9% versus 11,5%) en de mediane progressievrije overleving (14,6 versus 11,3 maanden) waren beter in de ALKY-behandelde dMGMT-NET patiënten dan in de ALKY-behandelde pMGMT-NET patiënten. De MGMT-status had geen invloed op de werkzaamheid van oxaliplatine.

De onderzoekers concluderen dat de studie het primaire eindpunt niet bereikt heeft, maar wel liet zien dat ALKY klinische activiteit heeft onder patiënten met gevorderde dMGMT-NETs.

1.Walter T, Lecomte T, Hadoux J et al. Oxaliplatin-based versus alkylating agent in neuroendocrine tumors according to the O6-methylguanine-DNA methyltransferase status: a randomize phase II study (MGMT-NET). J Clin Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: The multicenter randomized phase 2 MGMT-NET trial in France found that alkylating agent has clinical activity in patients with advanced neuroendocrine tumors with deficient MGTM status.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve studie van associatie van obesitas en uitkomsten van adoptieve celtherapie voor solide tumoren (0)
2024-11-26 14:30   ( Nieuws )
Tags:  ACT for solid tumors obesity
Prof. David HongObesitas is geassocieerd met verhoogd risico van maligniteiten maar verbeterd overleving van patiënten die immuuncheckpointremmers krijgen, mogelijk als gevolg van biologische veranderingen als reactie op obesitas waaronder veranderingen in tumormetabolisme, immuuun-omgeving en angiogenese. Een retrospectieve cohortstudie van MD Anderson Cancer Center (MDACC; Houston TX) heeft de associatie tussen obesitas en uitkomsten van adoptieve celtherapie (ACT) geïnventariseerd. Prof. David Hong en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie includeerde alle patiënten die tussen augustus 2017 en augustus 2023 bij MDACC deelnamen aan studies van ACT voor gevorderde solide tumoren. Onder de 95 patiënten (56,8% vrouwen; mediane leeftijd 60,9 jaar; range 20,5-84,0). Er waren drie patiënten (3,2%) met ondergewicht, 39 patiënten (41,1%) met normaal gewicht, 26 patiënten (27,4%) met overgewicht, en 27 patiënten (28,4%) met obesitas. De mediane follow-up was 39,9 maanden en de mediane progressievrije overleving en overall survival waren 2,8 maanden (95%-bti 2,3-3,5) respectievelijk 8,4 maanden (6,4-11,0). De figuur laat zien dat obesitas vergeleken met normaal gewicht was geassocieerd met significant betere overleving (HR 0,56; p=0,045). Er waren geen significante gewichtsverschillen tussen de groepen patiënten met en zonder respons op ACT. Body mass index was niet geassocieerd met ontwikkeling van CRS, maar onder de patiënten met obesitas ontwikkelde een lager percentage ICANS (0% versus 21,3%; p=0,049).

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten als exploratief dienen te worden beschouwd vanwege beperkingen van de studie, waaronder heterogeniteit en beperkt statistisch vermogen voor subgroepanalyse.

1.Tao DL, Nardo M, Leung CH et al. Obesity and outcomes in adoptive cellular therapy in solid tumors. JAMA Network Open 2024;7:e2447617

Summary: A retrospective cohort study at MD Anderson Cancer Center (Houston, TX) found that among patients receiving adoptive cell therapy for solid tumors, obesity was associated with increased risk of death.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Gerandomiseerde studie van gecentraliseerde CRC-screening in federally qualified health centers (0)
2024-11-26 13:00   ( Nieuws )
Tags:  centralized CRC screening in FQHCs
Prof. Daniel ReulandOndanks overtuigend bewijs dat screening op colorectaalcarcinoom (CRC) de CRC-mortaliteit doet afnemen wordt deze screening ondergebruikt in federally qualified health centers (FQHCs) die zorg bieden aan meer dan 30 miljoen personen met een laag inkomen in de Verenigde Staten. Een gerandomiseerde studie in twaalf FQHCs in North Carolina heeft gecentraliseerde screening door per post verzonden FIT en patiëntnavigatie geëvalueerd. Prof. Daniel Reuland (The University of Northern Carolina at Chapel Hill) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie includeerde 4002 deelnemers in de leeftijd van 50 tot 75 jaar met gemiddeld CRC-risico die niet current waren met screening. De deelnemers werden gerandomiseerd naar de gebruikelijke FQHC-zorg (n=2001) of gebruikelijke zorg plus een introductiebrief, twee weken later gevolgd door een FIT-kit met instructies en retourenvelop, en indien nodig twee reminders (n=2001). Patiënten in de interventiegroep met positief FIT-resultaat kregen navigatie aangeboden om follow-up coloscopie te faciliteren. Vergeleken met de controledeelnemers hadden de interventiedeelnemers hoger waarschijnlijkheid van screening binnen zes maanden (30,0% versus 9,7%). In de interventiegroep voltooiden 33 van 48 deelnemers (68,8%) met positief FIT-resultaat binnen zes maanden de follow-up coloscopie vergeleken met 8 van 18 controledeelnemers (44,4%). De figuur laat zien dat gevorderde colorectale neoplasie werd gedetecteerd in 29 interventiedeelnemers (1,4%) vergeleken met 15 controledeelnemers (0,7%).

De onderzoekers concluderen dat de interventie resulteerde in substantiële toename van het gebruik van CRC-screening en toename van de detectie van colorectale neoplasie onder personen die zorg betrekken van FQHCs (visual abstract).

1.Reuland DS, O’Leary M, Crocket SD et al. Centralized colorectal cancer screening outreach in federally qualified health centers. A randomized clinical trial. JAMA Network Open 2024;7:e2446693

Summary: A randomized clinical trial clinical trial among individuals served by federally qualified health centers in North Carolina found that centralized screening outreach intervention by mailed FIT kits and patient navigation resulted in improved CRC screening completion and increased advanced colorectal neoplasia detection.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Hooggradig sereus carcinoom na RRSO in BRCA1/2 pathogene-variantdragers: incidentie en risicofactoren (0)
2024-11-25 16:00   ( Nieuws )
Tags:  HGSC after risk-reducing salpingo-oophorectomy
Iris StrootRisicoverlagende salpingo-ovariëctomie (RRSO) wordt uitgevoerd voor preventie van hooggradig sereus carcinoom (HGSC) in dragers van BRCA1/2 kiemlijn pathogene varianten (GPVs). Sommige dragers ontwikkelen toch HGSC ondanks RRSO zonder pathologische bevindingen. Een Nederlandse multicenterstudie heeft incidentie van en risicofactoren voor HGSC na RRSO in deze GPV-drager geïnventariseerd. PhD-kandidaat Iris Stroot (UMC Groningen) en collega’s publiceren de studie in het Journal of the National Cancer Institute.1


De onderzoekers selecteerden 2519 BRCA1/2 GPV-dragers in het Hereditary Breast and Ovarian cancer in the Netherlands (HEBON)-cohort, met mediaan 13,4 jaar follow-up (range 0,0-27,6) na RRSO. De 20-jaars cumulatieve incidentie van HGSC was 1,5% (95%-bti 0,0-2,1) onder de dragers van BRCA1-GPVs en 0,2% (0,0-1,4) onder de dragers van BRCA2-GPVs. Alle vrouwen die HGSC ontwikkelden ondergingen RRSO na de aanbevolen leeftijd. Factoren die geassocieerd waren met verhoogd risico van HGSC waren incomplete embedding van het RRSO-specimen (HR 4,2; 95%-bti 1,4-12,6), hogere leeftijd bij RRSO (per jaar 1,1;1,0-1,1), en dragen van een BRCA1-GPV (12,1; 1,6-91,2).

De onderzoekers concluderen dat onder dragers van BRCA1/2-GPVs de lange-termijn incidentie van HGSC na RRSO zonder pathologische bevindingen laag is, en dat strikte adherentie aan tijdige RRSO het risico verder kan verlagen.

1.Stroot IAS, Bart J, Hollema H et al. High-grade serous carcinoma occurring after risk-reducing salpingo-oophorectomy in BRCA1/2 germline pathogenic variant carriers. J Natl Cancer Inst 2024.djae300

Summary: A multicenter retrospective study in The Netherlands found that in BRCA1/2 GPV carriers, the long-term incidence of high-grade serous carcinoma after risk-reducing salpingo-oophorectomy without pathologic findings was low, and that strict adherence to guidelines regarding timely RRSO followed by complete specimen embedding can further reduce the risk.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Intensiteit-gemoduleerde protontherapie versus volumetrisch-gemoduleerde arc-therapie voor nasofarynxcarcinoom (0)
2024-11-25 14:30   ( Nieuws )
Tags:  NPC IMPT versus VMAT
Dr. Yu-Ming WangEr is weinig informatie beschikbaar over de impact van intensiteit-gemoduleerde protontherapie (IMPT) op de overleving van patiënten met nasofarynxcarcinoom (NPC). Een multicenterstudie in Taiwan heeft IMPT voor NPC vergeleken met moderne fotontherapie, volumetrisch-gemoduleerde ARC-therapie (VMAT). Dr. Yu-Ming Wang (Chang Gung Universiteit, Taoyuan) en collega’s publiceren de studie in Radiotherapy & Oncology.1

In de database van de universiteit identificeerden de onderzoekers 276 patiënten met niet-metastatisch NPC die tussen begin 2016 en eind 2021 IMPT kregen. Deze patiënten werden gematcht voor stadium, jaar van diagnose, en leeftijd (± 10 jaar) met 276 patiënten die in dezelfde periode VMAT kregen. De all-cause mortaliteit (aHR 0,31; 95%-bti 0,15-0,62) en het risico van recidief van de ziekte (0,58; 0,34-0,99) waren significant lager in het IMPT-cohort. IMPT vergeleken met VMAT was ook geassocieerd met significant verlaging van gebruik van sondevoeding (aHR 0,31; 95%-bti 0,18-0,55). Deze trends werden ook gezien in competing risk en sensitiviteitanalyses.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met niet-metastatisch NPC, IMPT vergeleken met VMAT geassocieerd was met significant betere oncologische uitkomsten.

1.Wu C-N, Wang J-D, Chen W-C et al. Intensity-modulated proton therapy versus volumetric-modulated ARC therapy in patients with nasopharyngeal carcinoma: a long-term, multicenter cohort study. Radiotherapy & Oncology 2024.110648

Summary: A multicenter retrospective study in Taiwan found that among nasopharyhgeal carcinoma patients, intensity-modulated proton therapy compared with volumetric-modulated arc therapy was associated with better overall survival outcomes and lower incidence of dysphagia. 


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Kwaliteit van leven uitkomsten met thorax-radiotherapie één- versus tweemaal per dag voor LS-SCLC (0)
2024-11-25 13:00   ( Nieuws )
Tags:  CALGB 70702 QOL in CALGB 30610
Dr. Amylou DueckRichtlijnen bevelen 45 Gy tweemaal per dag thorax-radiotherapie (TRT) aan voor beperkt-stadium kleincellig longcarcinoom (LS-SCLC), maar in de praktijk krijgen de meeste patiënten een hogere dosering eenmaal per dag. In de CALGB 30610 studie werd geen verschil in overall survival gezien tussen de groep die 45 Gy tweemaal per dag en de groep die 70 Gy eenmaal per dag kreeg. In CALGB 70702, een substudie van CALGB 30610, is de kwaliteit van leven (QOL) van de patiënten geïnventariseerd. Dr. Amylou Dueck (Mayo Clinic, Scottsdale AZ) en collega’s publiceren de substudie in Cancer.1

CALGB 70702 includeerde 417 patiënten, die informatie gaven over hun QOL en convenience van de behandeling door het beantwoorden van de vragenlijsten FACT Trial Outcome Index-Lung Cancer, FACT-Esophageal Cancer Eating and Swallowing Indices, EGOC Acute Esophagitis Scale, Hospital Anxiety and Depression Scale, en EQ-5D bij baseline en 3, 5, 7, 12, 26, en 52 weken na de start van TRT. FACT-L verslechtering was sterker in de tweemaal-daags arm na 3 weken. De FACT-L TOI verslechtering was minder na drie weken en sterker na twaalf weken in de eenmaal-daags arm. De eenmaal-daags arm had lagere EQ-5D index verslechtering na drie weken. Toename van de acute oesofagitis-score en problemen met slikken was hoger in de tweemaal-daags arm na drie weken. Van de patiënten in de eenmaal-daags arm gaf 74,5% aan de behandeling convenient te vinden, vergeleken met 67% van de patiënten in de tweemaal-daags arm (p=0,03).

De onderzoekers concluderen dat de kwaliteit van leven beter was en dat de behandeling vaker als convenient werd beoordeeld in de eenmaal-daags arm.

1.Ganti AK, Fruth B, Rimner A et al. Quality of life outcomes in patients participating in the CALGB 30610 trial (CALGB 70702): Alliance. Cancer 2024.35663

Summary: In the CALGB 70702 substudy of the CALGB 30610 trial comparing 45 Gy twice daily versus 70 Gy once daily radiation therapy for limited-stage small cell lung cancer, quality-of-life scores were better in the once daily arm.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Intermittent versus continu eerstelijns panitumumab plus FOLFIRI voor RAS/BRAF-wildtype mCRC (0)
2024-11-24 16:00   ( Nieuws )
Tags:  IMPROVE trial
Dr. Antonio AvallonePanitumumab (PAN) plus chemotherapie is een standaard eerstelijns behandeling voor RAS/BRAF-wildtype (wt) metastatisch colorectaalcarcinoom (mCRC). De klinische toepassing van deze behandeling wordt beperkt door de ontwikkeling van resistentie en door anti-EGFR geïnduceerde huidtoxiciteit. De multicenter fase 2-studie IMPROVE in Italië heeft intermittent gebruik van eerstelijns PAN plus FOLFIRI voor RAS/BRAF-wt mCRC geëvalueerd. Dr. Antonio Avallone (Istituto Nazionale Tumori, Napels) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

IMPROVE includeerde patiënten met niet-resectabel RAS/BRAF-wt mCRC die werden gerandomiseerd naar PAN plus FOLFIRI continu tot progressie (arm A; n=69) of inductie met acht cycli PAN plus FOLFIRI gevolgd door behandelingsvrij interval tot progressie, waarna de behandeling werd hervat met een nieuwe serie van acht cycli (arm B; n=68). Deze strategie in arm B werd voortgezet tot progressie tijdens de behandeling. Het primaire eindpunt was on treatment progressievrije overlevingspercentage (PFSot) na twaalf maanden.

Het mediane aantal cycli was 13 in arm A en 16 in arm B. De mediane follow-up was 43,2 maanden (IQR 35,0-50,0). Panel A laat zien dat de mediane PFSot 11, 2 maanden was in arm A en 17,5 maanden in arm B, met twaalf-maands PFSot-percentages 45,7% respectievelijk 58,8%. Panels B en C tonen de resultaten in patiënten met rechtszijdige respectievelijk linkszijdige ziekte. De mediane overall survival was 36,3 maanden in arm A en 35,1 maanden in arm B. Graad 3 of hoger PAN-gerelateerde huidtoxiciteit werd gezien in 30,3% van de patiënten in arm A en 17,9% van de patiënten in arm B.

De onderzoekers concluderen dat intermittent PAN plus FOLFIRI na een inductiefase feasible was, resulterend in verminderde toxiciteit en langere tijd zonder behandeling voor de patiënten.

1.Avallone A, Giuliani F, De Stefano A et al. Intermittent or continuous panitumumab plus fluorouracil, leucovorin, and irinotecan for first-line treatment of RAS and BRAF wild-type metastatic colorectal cancer: the IMPROVE trial. J Clin Oncol 2024.00979

Summary: The multicenter phase 2 IMPROVE trial in Italy found that among patients with unresectable RAS/BRAF wild-type metastatic colorectal cancer intermittent panitumumab plus FOLFIRI after induction was feasible, with reduced toxicity while allowing patients more time off treatment.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)