Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Associatie tussen duur van exclusieve borstvoeding en risico van maligniteiten in kinderen (0)
2024-03-27 14:30   ( Nieuws )
Tags:  exclusive breastfeeding duration risk of childhood cancers
Dr. Signe Holst SøegaardEr zijn aanwijzingen dat borstvoeding beschermt tegen maligniteiten in kinderen, met name ALL. Deze aanwijzingen zijn echter alleen gezien in patiënt-controlestudies. Een bevolkings-gebaseerde cohortstudie in Denemarken heeft de associatie tussen duur van exclusieve borstvoeding en het risico van maligniteiten in kinderen geïnventariseerd. Dr. Signe Holst Søegaard (Kraeftens Bekaempelse, Kopenhagen) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie includeerde alle kinderen die tussen begin 2005 en eind 2018 in Denemarken geboren werden en voor wie informatie over duur van exclusieve borstvoeding beschikbaar was. De kinderen werden gevolgd vanaf de leeftijd van één jaar tot diagnose van een maligniteit, loss to follow-up of emigratie, overlijden, leeftijd vijftien jaar, of eind 2020.


Onder de 309.473 geïncludeerde kinderen (51,3% jongens) werd tijdens 1.679.635 persoonsjaren follow-up een maligniteit voor de leeftijd van vijftien jaar gezien in 332 patiënten (0,1%; gemiddelde leeftijd bij diagnose 4,24 ± 2,67 jaar). In 124 patiënten (37,3%) werd een hematologische maligniteit gezien, in 81 van deze patiënten (65,3%) ALL, en in 74 van de ALL-patiënten (91,4%) B-cel precursor ALL (BCP-ALL). Er waren 44 patiënten (13%) met tumoren van het centraal zenuwstelsel, 80 patiënten (24,1%) met solide tumoren, en 84 patiënten (25,3%) met andere maligne neoplasmen. Vergeleken met exclusieve borstvoeding korter dan drie maanden was exclusieve borstvoeding gedurende drie maanden of langer geassocieerd met verlaagd risico van hematologische maligniteiten (aHR 0,66; 95%-bti 0,46-0.95), vooral gedreven door verlaagd risico van BCP-ALL (0,62; 0,39-0,99), maar niet met risico van CBS-tumoren (0,96; 0,51-1,88) of solide tumoren (0,87; 0,55-1,41).

De onderzoekers concluderen dat in deze cohortstudie langere duur van exclusieve borstvoeding geassocieerd was met verlaagd risico van BCP-ALL in kinderen.

1.Holst Søegaard S, Mølgaard Andersen M, Rostgaard K et al. Exclusive breastfeeding duration and risk of childhood cancers. JAMA Network Open 2024;7:e243115

Summary: A population-based cohort study in Denmark found that longer duration of exclusive breastfeeding (ie, for a period of at least 3 months) was associated with reduced risk of childhood B-cell precursor ALL.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 3-studie van pazopanib versus placebo in mRCC-patiënten zonder aanwijzing van ziekte na metastasectomie (0)
2024-03-27 13:00   ( Nieuws )
Tags:  ECOG-ACRIN E2810 mRCC pazopanib
Dr. Leonard ApplemanPatiënten zonder aanwijzing van ziekte (NED) na metastasectomie voor metastatisch niercelcarcinoom (mRCC) hebben een hoog risico van recidief. De VEGFR-remmer pazopanib verbetert de progressievrije overleving onder patiënten met mRCC. De multicenter fase 3-studie ECOG-ACRIN E2810 in de Verenigde Staten heeft pazopanib vergeleken met placebo in NED-patiënten na metastasectomie voor mRCC. Dr. Leonard Appleman (University of Pittsburgh PA) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

E2810 includeerde 129 NED-patiënten na metastasectomie. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar pazopanib 800 mg eenmaal daags (n=63) of placebo (n=66) voor de duur van 52 weken. Het primaire eindpunt was ziektevrije overleving. Na mediaan 60,5 maanden follow-up waren 83 DFS-gevallen waargenomen. De drie-jaars DFS-overlevingspercentages waren 27,4% in de pazopanibgroep en 21,9% in de placebogroep (HR 0,90; p=0,29). De drie-jaars overall survival percentages waren 81,9% in de pazopanibgroep en 91,4% in de placebogroep (HR 2,55; p=0,012). De gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven nam in de pazopanibgroep af tijdens de behandeling.

De onderzoekers concluderen dat onder mRCC-patiënten zonder aanwijzing van ziekte na metastasectomie, pazopanib vergeleken met placebo niet resulteerde in significant betere DFS en wel in significant slechtere OS.

1.Appleman LJ, Kim SE, Harris WB et al. Randomized, double-blind phase III study of pazopanib versus placebo in patients with metastatic renal cell carcinoma who have no evidence of disease after metastasectomy: ECOG-ACRIN E2810. J Clin Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: The multicenter phase 3 ECOG-ACRIN E2810 trial found that among metastatic renal cell carcinoma patients who had no evidence of disease after metastasectomy, pazopanib compared with placebo was not associated with improved disease-free survival, and was associated with worse overall survival.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nomogram voor het voorspellen van pathologische respons op neoadjuvante behandeling in lokaal-gevorderd maagcarcinoom (0)
2024-03-26 16:00   ( Nieuws )
Tags:  Neo-CRAG trial LAGC nomogram for predicting pathological respons to neoadjuvant treatment
Dr. Yu-Jing ZhangNeoadjuvante chemotherapie (nCT) of chemoradiotherapie (nCRT) kan de uitkomsten van lokaal-gevorderd maagcarcinoom (LAGC) verbeteren. Een analyse in het cohort van de doorlopende fase 3-studie Neo-CRAG van Sun Yat-sen University Cancer Center (Guangzhou, China) heeft geresulteerd in een nomogram dat de pathologische respons op nCT of nCRT in patiënten met LAGC kan voorspellen. Dr. Yu-Jing Zhang en collega’s publiceren de analyse in Cancer Medicine.1


De analyse includeerde 221 LAGC-patiënten die tussen juni 2013 en augustus 2022 nCT of nCRT ondergingen. De onderzoekers definieerden complete of bijna-complete pathologische regressie en ypN0 als goede respons (GR). GR werd gezien in 54 patiënten (24,4%). De figuur laat zien dat GR geassocieerd was met betere progressievrije overleving en overall survival. Vijf onafhankelijke factoren waren geassocieerd met GR: pretreatment tumordifferentiatie, klinisch T-stadium, monocytengetal, CA724-niveau, en gebruik van nCRT. Het nomogram op basis van deze vijf factoren voorspelde GR met een AUC van 0,777 (95%-bti 0,705-0,850) en een bias-gecorrigeerde AUC van 0,752.

De onderzoekers concluderen dat GR geassocieerd was met betere overlevingsuitkomsten, en dat het nomogram op basis van routinematig beschikbare parameters een sterk GR-voorspellend vermogen heeft.

1.Shao H, Li N, Ling Y-h et al. Nomogram for predicting pathological response to neoadjuvant treatment in patients with locally advanced gastric cancer: data from a phase III clinical trial. Cancer Med 2024.4.7122

Summary: Analysis in the cohort of the ongoing Neo-CRAG trial in China resulted in a nomogram to predict pathological response to neoadjuvant treatment in patients with locally advanced gastric cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Vergelijking van lange-termijn oncologische uitkomsten van centrale lumpectomie en conventionele borstsparende chirurgie (0)
2024-03-26 14:30   ( Nieuws )
Tags:  breast cancer CL versus cBCS
Prof. Wonshik HanCentrale lumpectomie (CL) is een techniek van borstsparende chirurgie (BCS) voor centraal in de borst gelokaliseerde tumoren waarbij resectie van het tepel-areola complex met de tumor plaatsvindt. Een retrospectieve analyse in Zuid-Korea heeft lange-termijn oncologische uitkomsten van CL vergeleken met die van conventionele borstsparende chirurgie (cBCS). Prof. Wonshik Han (Seoel Nationale Universiteit) en collega’s publiceren de analyse in Breast Cancer Research and Treatment.1

De studie includeerde 6533 patiënten met invasief mammacarcinoom die tussen begin 2004 en eind 2018 BCS met schone resectiemarges ondergingen. Onder deze patiënten waren er 106 (1,6%) die CL ondergingen. De mediane duur van follow-up was 73,4 maanden. De figuur laat zien dat zowel voor als na 1:3 propensity score matching de CL-groep significant hoger ipsilateral breast tumor recurrence (IBTR)-percentage had dan de cBCS-groep. Er waren echter geen significante verschillen tussen de groepen voor de uitkomsten regionaal recidief, afstandsmetastase, en overall survival.

De onderzoekers concluderen dat voor patiënten met centraal gelokaliseerde tumoren die voorkeur hebben voor borstbehoud, CL gevolgd zorgvuldige surveillance dooroverwogen kan worden.

1.Jung J-J, Cheun J-H, Kim H-K et al. Comparison of long-term oncologic outcomes of central lumpectomy and conventional breast-conserving surgery for invasive breast cancer: propensity score matching analysis. Breast Cancer Res Treat 2024-07297-8

Summary: Retrospective analysis of breast cancer patients in South Korea found that central lumpectomy was associated with a higher ipsilateral breast tumor recurrence rate compared to conventional breast-conserving surgery, while other survival outcomes were comparable.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Impact van klinische en leefstijlkenmerken op overleving van verschillende leeftijdsgroepen van mammacarcinoompatiënten (0)
2024-03-26 13:00   ( Nieuws )
Tags:  female invasive breast cancer patients age at diagnosis clinical and lifestyle characteristics
Dr. Jason LiuDe incidentie van op vroege leeftijd gediagnostiseerd mammacarcinoom (BC) neemt wereldwijd toe. Er is geen informatie over de impact van klinische en leefstijlkenmerken op de prognose van BC gediagnostiseerd in verschillende leeftijdscategorieën. Een retrospectieve analyse in Taiwan heeft deze impact geïnventariseerd. Dr. Jason Liu (Nationale Yang Ming Chiao Tung Universiteit, Taipei) en collega’s publiceren de analyse in Breast Cancer Research and Treatment.1

De analyse includeerde vrouwelijke patiënten met invasief BC gediagnostiseerd tussen begin 2002 en eind 2015, met follow-up tot eind 2020. Het cohort omvatte 8471 jonge patiënten (gediagnostiseerd op de leeftijd van 20 tot 40 jaar), 57.695 patiënten van middelbare leeftijd (40-65), en 14.074 oudere patiënten (65 of ouder). De onderzoekers analyseerden impact van klinische factoren (tumor- en behandelingskenmerken) en leefstijlfactoren (body mass index, roken van sigaretten, en alcoholgebruik) op de vijf-jaars overleving.

De verdeling van de klinische en leefstijlkenmerken was verschillend over de drie leeftijdsgroepen, maar hadden in het algemeen een vergelijkbare richting van associatie met de overleving. Het ontvangen van any behandeling was geassocieerd met langere overleving, met name in de groep oudere patiënten. Ondergewicht bij de initiële behandeling was geassocieerd met slechtere overleving vergeleken met normaal gewicht, met name in de groep oudere patiënten. Huidige rokers hadden slechtere overleving dan nooit-rokers, in de groepen middelbare en oudere patiënten. De vijf-jaars BC-specifieke overleving was niet significant beter onder patiënten in de leeftijd van 45 tot 50 jaar vergeleken met patiënten in de leeftijd van 40 tot 45 jaar, hoewel in Taiwan de aanbevolen leeftijd voor start van screening 45 jaar is.

De onderzoekers concluderen dat deze gegevens bijdragen aan beter begrip van kenmerken en prognose van early-onset en later-onset BC, en van de impact van klinische en leefstijlfactoren.

1.Teng Y-T, Wang YA, Dong Y-H, Liu JJ. Five-year survival prognosis of young, middle-aged, and elderly adult female invasive breast cancer patients by clinical and lifestyle characteristics. Breast Cancer Res Treat 2024-07280-3

Summary: A retrospective analysis in Taiwan evaluated the impact of clinical and lifestyle characteristics on prognosis of young, middle-aged, and elderly adult female invasive breast cancer patients.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Trends in mortaliteit door subtypen van colorectaalcarcinoom in de Verenigde Staten, 1999 tot en met 2020 (0)
2024-03-25 16:00   ( Nieuws )
Tags:  US CRC mortality trends 1999-2020
Dr. Justin BradyIn de afgelopen twee decennia is de mortaliteit door colorectaalcarcinoom (CRC) in de Verenigde Staten verminderd. Trends in de mortaliteit door verschillende subtypen van CRC zijn echter niet duidelijk. Dr. Justin Brady (Mayo Clinic Arizona, Phoenix) en collega’s publiceren in het International Journal of Cancer een analyse van gegevens in de database van de Wide-Ranging Online Data for Epidemiologic Research van de Centers for Disease Control and Prevention.1

De leeftijd-gestandaardiseerde incidentie van overall CRC daalde in de studieperiode van 26,42 naar 15,98 per 100.000 personen, met een Average Annual Percent Change (AAPC) van -2,41. De figuur laat zien dat de mortaliteit door coloncarcinoom en rectumcarcinoom in de studieperiode daalde, maar dat de leeftijd-gestandaardiseerde mortaliteit (AAMR) door rectosigmoïdcarcinoom significant toenam van 0,82 tot 1,08 per 100.000 personen, met een AAPC van +1,10. Mannen (23,90 per 100.000) en Zwarte personen (26,93 per 100.000) hadden de hoogste AAMRs. De overall AAMR door CRC nam af onder personen in de leeftijd van 50 jaar of ouder, maar nam significant toe van 1,02 tot 1,58 per 100.000 onder personen in de leeftijd van 15 tot en met 49 jaar.

De onderzoekers concluderen dat de overall CRC-mortaliteit afnam, maar dat er toenemende trends waren van mortaliteit door early-onset CRC en rectosigmoïdcarcinoom.

1.Tan JY, Yeo Y-H, Ng WL et al. How have US colorectal cancer mortality trends changed in the past 20 years? Int J Cancer 2024.34926

Summary: Analysis of colorectal cancer mortality data in the USA in the last two decades showed that overall CRC mortality declined, while there were rising trends in mortality due to young-onset CRC and rectosimoid cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Systematisch overzicht en meta-analyse van impact van preoperatieve MRI op recidief na borstsparende chirurgie (0)
2024-03-25 14:30   ( Nieuws )
Tags:  BCS preoperative MRI in-breast tumor recurrence
Dr. Matthew CarrollOnder patiënten die borstsparende chirurgie (BCS) ondergaan voor mammacarcinoom zou preoperatieve MRI (pMRI) additionele tumoren kunnen identificeren en kunnen resulteren in lager risico van in-breast tumor recurrence (IBTR). Een systematisch overzicht en meta-analyse van gepubliceerde studies heeft de associatie tussen pMRI en het risico van IBTR na BCS onderzocht. Dr. Matthew Carroll (Dartmouth-Hitchcock Medical Center, Lebanon NH) en collega’s publiceren de meta-analyse in Annals of Surgical Oncology.1


In de literatuur vonden de onderzoekers 20 voor het onderwerp relevante studies die voldeden aan de inclusiecriteria van het systematisch overzicht: 14 retrospectieve overzichten, 3 cohortstudies, en 3 gerandomiseerde gecontroleerde studies. Twee studies rapporteerden een statistisch significant lager percentage IBTR met pMRI, en 18 studies vonden geen significant verschil, hoewel er in 12 van deze 18 studies wel een trend van lager IBTR-percentage met pMRI werd gezien. Er waren 16 studies die voldeden aan de criteria voor meta-analyse. Gepoolde analyse van 11 van deze studies liet een trend van lager IBTR met pMRI zien: HR 0,89 (95%-bti 0,74-1,05). Gepoolde analyse van de 5 studies met vergelijkbare duur van follow-up voor beide groepen resulteerde wel in lager relatief risico van IBTR met pMRI (RR 0,45; 95%-bti 0,25-0,81).

De onderzoekers concluderen dat er enige evidentie is voor lager risico van IBTR met pMRI, maar dat de meta-analyse van alle studies deze hypothese niet bevestigde.

1.Carroll MC, Yen RW, Leech M, Barth RJ. A systematic review and meta-analysis of the role of preoperative MRI in in-breast tumor recurrence after breast conserving surgery. Ann Surg Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: Meta-analysis of published studies found some evidence, but no hard proof, for the hypothesis that the identification of additional tumors in the breast using preoperative MRI results in lower rates of in-tumor breast recurrence after breast-conserving surgery.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

CA-125 KELIM als prognostische factor voor residuele ziekte na NACT voor hooggradig sereus gevorderd ovariumcarcinoom (0)
2024-03-25 13:00   ( Nieuws )
Tags:  advanced ovarian cancer CA-125 KELIM
Dr. Dimitrios ZouzoulasDe standaard-behandeling voor gevorderd ovariumcarcinoom is neoadjuvante chemotherapie (NACT) gevolgd door interval debulking chirurgie (IDS). Er is geen biomarker die kan voorspellen of na NACT complete cytoreductie bereikt kan worden. Een retrospectieve studie van de Aristoteles Universiteit (Thessaloniki, Griekenland) heeft de waarde van de CA-125 elimination rate constant K (KELIM)-score geïnventariseerd als triage tool voor de identificatie van patiënten die ideale kandidaten zijn voor IDS na NACT. Dr. Dimitrios Zouzoulas en collega’s publiceren de studie in Cancers.1

De studie includeerde 83 patiënten met hooggradig sereus gevorderd ovariumcarcinoom die tussen begin 2012 en eind 2022 in het ziekenhuis van de universiteit NACT gevolgd door IDS ondergingen. Er waren 51 patiënten met een gunstige KELIM-score (≥1) en 32 patiënten met een ongunstige KELIM-score (<1). De analyse liet een significante associatie zien tussen de KELIM-score en residuele ziekte (p<0,05), hetgeen uitwijst dat patiënten met een gunstige KELIM-score met IDS complete cytoreductie kunnen bereiken. Gunstige KELIM-score was niet significant geassocieerd met progressievrije overleving maar wel met overall survival.

De onderzoekers concluderen dat de KELIM-score patiënten kan identificeren die na NACT complete cytoreductie kunnen bereiken.

1.Zouzoulas D, Tsolakidis D, Tzitzis P et al. The use of CA-125 KELIM to identify which patients can achieve complete cytoreduction after neoadjuvant chemotherapy in high-grade serous advanced ovarian cancer. Cancers 2024;16:1266

Summary: A retrospective study at Aristotle University (Thessaloniki, Greece) found that among patients receiving neoadjuvant chemotherapy for high-grade serous advanced ovarian cancer, the KELIM score can safely triage patients and identify who will benefit from interval debulking surgery.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)